dinsdag 29 november 2016

Wordt Geert Wilders veroordeeld?

                                                                     

In een vrij mijmeruurtje drong die vraag zich onweerstaanbaar aan me op en eiste een antwoord. Voor een nauwkeurig antwoord is een glazen bol vereist. Die heb ik na wat teleurstellende voorspellingen naar de kringloopwinkel gebracht waar hij al na een dag weer verkocht bleek te zijn. Dat had ik achteraf kunnen voorspellen. In deze tijd zou iedereen wel een werkende glazen bol willen hebben.

Bij zo’n vraag, die zich maar op blijft dringen, ga ik altijd maar weer aan het werk door een beroep te doen op mijn fantasie, ook al niet zo’n betrouwbaar instrument. Vandaar uit neem ik je mee naar de vergadering van een politieke partij die ik ga bezoeken. Met fantasie kom je nog eens ergens. Na lang geluisterd te hebben sta ik op een geschikt moment op, hou een kort betoog dat eindigt met de stelling: “Ik wil minder Marokkanen, wie is daar ook voor?” In mijn fantasie blijft het zeker 30 seconden doodstil. De voorzitter kijkt ongemakkelijk naar zijn gezelschap achter de tafel. Dan is het schuiven van een stoel hoorbaar en een man staat op. “Voorzitter”, zegt hij met enigszins onvaste stem, “die mijnheer zegt iets racistisch”. Dan valt er een stilte van hooguit vijf seconden waarin je mensen hoort nadenken. Het is het moment waarop de voorzitter vastbesloten ingrijpt. “Die vraag is buiten de orde. We gaan verder met agendapunt 7c, het voorstel voor een jaarlijkse subsidie aan de dorpsmoskee”.

Na zo’n voorbeeld kan ik beter nadenken. Mijn vraag mag niet worden beantwoord, omdat die racistisch zou zijn. Toch denk ik dat er zeker een paar miljoen mensen zijn die na zo’n vraag denken: “Als dat zou kunnen". Misschien denkt de meerderheid wel zo. Maar het is verboden om zo te denken. Door wie eigenlijk? Nou door de PvdA en D’66 natuurlijk, en door de meeste moslims. Dat van die Partij van de Arbeid is eigenlijk vreemd. Daar hebben ze het nog wel eens over ‘kutmarokkanen’ en ‘Marokkanen die een etnisch monopolie op criminaliteit hebben’. Daar weten ze dus van de hoed en de rand. Maar van de PvdA mag je er niet hardop over praten. Voor hun ben je een fascist voor je het weet. Maar ik voel me niet schuldig. Ik heb het niet over alle maar over minder Marokkanen gehad. Van een etnisch groepsvooroordeel kan er mijnerzijds dus geen sprake zijn geweest. Ik had natuurlijk specifieker kunnen zijn door het te hebben over criminele of niet geïntegreerde Marokkanen. Maar ja, wie had dat al niet begrepen? Zouden al die Marokkanen die aangifte hebben gedaan het niet begrepen hebben. We weten het niet. Alles wordt onderzocht, maar hun beweegredenen niet.

Ik denk dat ze het wel hebben begrepen. Heel goed zelfs. Daar leeft immers het nog weinig begrepen gevoel dat hun aanwezigheid hier weliswaar wettig gerechtvaardigd is, maar door heel veel Nederlanders niet echt op prijs wordt gesteld. Dat weten ze en het maakt ze onzeker. Ze weten natuurlijk heel goed dat heel veel Marokkanen zich niet naar Nederlandse normen en waarden voegen. Maar ze worden beschermd, de PvdA en D’66 voorop. Hun aangiften zijn dan ook te zien als een oproep tot verdere bescherming. De oproep is: veroordeel alle Nederlanders die zo denken als Wilders. Dat gaat over één derde van de bevolking, zag ik net bij ‘Een Vandaag’ dat de stemming in het land had gepeild. Geen officiële meerderheid dus.

In mijn fantasie ga ik op de stoel van de rechter zitten. ‘Er is uren hooggeleerd tegen me aangepraat. De geleerden zijn het niet met elkaar eens. Ik zou een boek moeten schrijven om op alles een afgewogen antwoord te geven. Dat ga ik natuurlijk niet doen. Maar ik besef maar al te goed dat het land: het volk, de politiek en de media,  een antwoord van me verwachten. Het OM heeft met zijn eis van 5000 euro al laten weten dat ze het niet als een kapitale zonde zien. Ik ga ook niet één derde van de bevolking de gordijnen in jagen. Op mij drukt een zware politieke verantwoording. Als ik me eenmaal heb uitgesproken zal er nog weken over gepraat en geschreven worden. In dit tijdsgewricht mag de polarisatie niet verder toenemen.
Ik weet het. Ik ga op lichte toon de omstreden uitspraak veroordelen en Marokkanen krijgen een veegje. Maar ik leg geen straf op. Het wordt een voorwaardelijk. Als hij het nog een keer doet, hangt hij. En daar zal iedereen het mee moeten doen.’

Terug naar de realiteit. Het leuke aan Marokkanen is dat ze een dubbel paspoort hebben. Als Marokkaan zou ik met een aardige vertrekpremie wel terug willen naar het warme klimaat van Marokko met zijn kruidige geuren en Oriëntaalse sfeer.

Ik ben nog steeds voor minder Marokkanen. Ondanks alle propaganda over de verrijking die ze ook van mijn leven zouden zijn, is de groep die het verdiend heeft om hier te blijven niet bijster groot, misschien 20 of 30 %. Maar als de helft terug gaat, ben ik al heel tevreden. Dan hoeven we wat minder huizen te bouwen, minder uit te geven aan onderwijs en zorg, hebben we minder fraude, corruptie en criminaliteit, minder rechtszaken en wordt het wat rustiger op straat. Ik fantaseer daar over.


De benauwde bubble van Pauw

                                                                   
Hoe lang zal zijn programma nog bestaan?

Ja, ik zou nooit meer naar Pauw kijken. Maar toen ik las dat Wierd Duk (AD) met een aantal PVV-stemmers bij Pauw aan tafel zou zitten, werd de verleiding te groot. Tja, ik ben ook maar een mens en dat je eigenlijk nooit ‘nooit’ moet zeggen, wist ik ook al een tijdje. Maar met ingang van vandaag val ik weer terug op mijn humeur sparende boycot.

Het werd gisteravond een opmerkelijke uitzending. Pauw kwam al snel onder vuur te liggen toen de halve tafel over hem heen viel. Aanleiding was de onschuld die Pauw zo mooi kan spelen. Wie of wat waren nou eigenlijk die media die alleen de stem van het establishment laten horen, had hij niet heel vaak Wilders uitgenodigd om aan zijn tafel plaats te nemen? Hij viel echter al meteen door de mand met zijn reacties op Monasch die een nieuwe partij wil beginnen. Die werd door Pauw bestookt met ironische en ridiculiserende vragen die hij nooit aan de gevestigde partijen stelt. Verschillende tafelgenoten, waaronder Marjan Thieme van de partij van de Dieren,  probeerden hem duidelijk te maken dat de opiniërende media te vaak onder één deken slapen met de traditionele partijen. Het leek niet tot hem door te dringen dat die zelden slachtoffer worden van zijn ‘kritische’ vragen.

Verlengstuk
Nieuwe partijen vormen een gevaar voor bestaande partijen. Hun zetelwinst gaat ten koste van de zittende partijen. Die reageren als de slager die zijn concurrent ervan beschuldigt de volksgezondheid te ondermijnen omdat hij zijn hammen zwaarder maakt door er pekelwater in te spuiten. De PVV krijgt het meest om de oren. Niet alleen de partij, maar ook degenen die er op stemmen worden tot op het bot veroordeeld. Wie zich openlijk voor de PVV uitspreekt loopt het risico vrienden, baan en nog meer kwijt te raken. Daarom was het opmerkelijk dat een loodgieter, een dominee en een commercieel medewerkster zich publiekelijk uitspraken voor hun voorkeur voor de PVV. De opmerkelijke uitspraak van de dominee was dat veel christenen een voorkeur voor de PVV hebben. Wierd Duk benadrukte terecht dat de PVV-stemmer niet de achterlijke klootzak is die de media van hem maken, maar een gewone doorsnee Nederlander blijkt te zijn. Daar zijn ze bij de media nog helemaal niet achter. De schrijvende en pratende media toveren ons het schrikbeeld voor van een fascistische tokkie die zowel xenofoob als islamofoob is. Daarmee zijn ze in feite het verlengstuk van de zittende politiek die kost wat kost probeert te redden wat er te redden valt en grossiert in negatieve beelden.

Bubble en verval
De onschuld van Pauw leek niet helemaal gespeeld. Voor de kijker werd echter snel duidelijk dat hij in een bubble leeft. Een bovenlaag van universiteiten, traditionele partijen en media die elkaar napraten en bevestigen en zich gezamenlijk afzetten tegen alles wat hun genoegzame en deugdzame wereld bedreigt. Ze verschansen zich achter een virtueel hek. 'Ze beginnen allemaal op elkaar te lijken, er is geen echte diversiteit meer', schamperde Marjan Thieme in de uitzending. Het is een wereld in verval, naar mijn mening. Ledenaantallen, kijkcijfers, abonnementen dalen gestaag en in de polls doen de traditionele partijen het slecht. Steeds meer mensen komen tot de ontdekking dat ze zich niet meer vertegenwoordigd voelen door de bovenlaag die zich het recht toe-eigent om richting te blijven geven aan de toekomst van Nederland.

Paniek
De bubble van de deugdzamen laat een lichte vorm van paniek zien. Brexit, Oekraïne-referendum en de verkiezing van Trump laten zien dat er een omvangrijke onderstroom is van mensen die de hakken in het zand zetten. Tot en met D’66 keren zittende partijen zich tegen het referendum vanwege het gevaar dat die een ongewenste uitslag kan opleveren. Ondertussen beginnen media zich af te vragen hoe ze meer aandacht kunnen besteden aan de gevoelens van de ‘boze mens’. Het lukt ze slecht. Er overheerst verslagenheid en verongelijktheid en er heerst angst vanwege de bedreiging van hun genoegzame wereld. De geruststellende veiligheid waarin je ongestraft alle niet door het establishment goedgekeurde meningen straffeloos kon afzeiken en daar zelfs applaus voor oogstte, lijkt voorbij te zijn. Banen en carrières staan op het spel, de toekomst is onzeker geworden.

Revolutie?
Er is wel degelijk een revolutie gaande van mensen die van mening zijn dat betrouwbare normen en waarden verkwanseld worden door de kritiekloze acceptatie van de islam, door het te veel macht af staan aan Europa en door de globalisering waar alleen het establishment van profiteert. Baanonzekerheid is bijna de norm geworden en op belangrijke zaken als de zorg wordt onbegrijpelijk bezuinigd. Voorman Pechtold van D’66 probeert het tij nog te keren door te schamperen over populisme en over het feit dat de ‘boze mens’ vooral te vinden is onder de groep die de snelle ontwikkelingen niet meer kan volgen. Hij verliest aan geloofwaardigheid. Hij heeft het mis, zoals het hele establishment het mis heeft. Daar staren ze zich blind op figuren als Wilders en Trump en missen de daarachter oprijzende menigte die zich in toenemende mate tegen het establishment aan het keren is.
Ik vond dat Pauw er gisteravond bleek, oud en moe uitzag. Ik ben benieuwd hoe lang het programma in deze vorm nog zal bestaan. Het applaus verstomt. Ratten verlaten het schip en de bevolking kijkt uit naar 15 maart 2017. Dan gaat het om een tussenstand, want dit is nog lang niet afgelopen.


Verwant: Martien Pennings analyseerde de bijdragen en interventies van Pauw in deze uitzending en dat leidde tot een nogal onthullend blog.

Ook verwant: Hannibal op 'Veren of lood': Pauw kan er beter mee stoppen

Ook verwant: Batavirus: De bubbel van Jeroen Pauw is lek  (humorvol geschreven

Ook verwant: Sietske Bergsma op TPO: Jeroen Pauw is een gaslighter

zondag 27 november 2016

Asscher of Samsom?, een vals dilemma als campangetruc

                                                                         

Volgens mij staat het allang vast dat Lodewijk Asscher de nieuwe lijstaanvoerder van de PvdA zal worden. Vooral nu hij verzekerd heeft bereid te zijn om in de oppositiebakjes plaats te nemen als de PvdA geen regeringspartij zou worden, is de laatste twijfel over zijn beschikbaarheid weggenomen. Andere kandidaten voor het politieke leiderschap van de PvdA zijn weg gemanoeuvreerd en de vraag die over blijft is: hoe krijgen we Samsom uit beeld. Nu hij beeldbepalend is geworden voor de vele concessies die de PvdA aan de VVD heeft moeten doen, kan hij voor de komende verkiezingen niet langer het gezicht van de PvdA zijn. Het campagneteam heeft een creatieve oplossing uit de hoge hoed getoverd.  Een toneelstukje in vier bedrijven waarbij Asscher het beste script krijgt. Daar begint het al mee, erger wordt het als je beseft dat we geconfronteerd worden met de klassieke drogreden die bekend staan onder de naam ‘vals dilemma’
.
Vals dilemma
Het bekendste voorbeeld van een vals dilemma is de vooroorlogse slogan ‘Mussert of Moskou’. De neiging om op zo’n keuzevoorstel  in te gaan bracht menigeen tot de naïeve overtuiging dat het een onontkoombare keuze was. Dat is precies wat het ‘vals dilemma’ als drogredenering beoogt. Bij het beperken van de keuze tot twee alternatieven ontstaat de neiging om alternatieven te negeren. Het ‘vals dilemma’ komen we in vele vermommingen tegen en vooral in de vorm van zwart-wit denken. 

Het toneelstukje
Misschien dat we er later nog eens in memoires over zullen lezen hoe de PvdA de verkiezingen van 2017 inging met een toneelstukje in vier bedrijven om de kiezer te verleiden. De truc van het valse dilemma verleidt menigeen om een keuze te maken en die keuze leidt tot verbinding met de persoon die gekozen is. Zo zet de potentiële kiezer al de eerste stap over een drempel waarbij hij eigenlijk weg zou moeten blijven. De tweede winst bij het gebruik van een vals dilemma is de media-exposure die het genereert. Vanmorgen had de Volkskrant een hele pagina over het oninteressante eerste debat waarbij alleen duidelijk wordt dat Asscher het beste script krijgt. Samsom, de loyale, offert zich op om Asscher de beoogde kans te geven. Nog drie debatten te gaan en ik kan voorspellen dat bij ieder volgend debat Asscher een duidelijker profiel krijgt. Asscher de ‘empathische’ tegenover Samsom de ‘technocraat’.

De media
Je zou mogen verwachten dat de media het gebruik van een drogreden al het ‘vals dilemma’ zouden doorzien. Daar is echter tot nu toe niets van te merken. De media zijn niet alleen het eerste slachtoffer van de campagnetruc, ze werken er op naïeve wijze aan mee om de keuze als hun lezers of kijkers door te geven. Zo krijgt de campagne de beoogde exposure en zo krijgt de PvdA door de media-aandacht gratis reclame. De boodschap van de media lijkt te zijn: alles liever dan de PVV.

Niet integer
In de polls staat de PvdA op nagenoeg gelijke hoogte als de partij van Henk Krol, 50plus, die nauwelijks media-aandacht krijgt en toch stevig aan het groeien is. De PvdA staat er slecht voor in de polls en dat is waarschijnlijk de enige reden dat de partij een drogreden en een daaraan verbonden toneelstukje inzet om te redden wat er te redden valt. Die keuze is niet integer en politici zouden dat als eerste moeten kunnen inzien. Dat geldt vooral voor beide kandidaten omdat ze een rolmodel willen zijn voor potentiële kiezers. Die worden in het gekozen campagnemodel volledig voor het lapje gehouden.

Het zwart-wit denken van de PvdA voortgezet door DENK
Dat je niet deugt als je de denkbeelden van de PvdA niet omarmt heeft de partij al heel veel sympathie gekost. In haar keuze voor de multiculturele samenleving werd de traditionele achterban weggezet als racistisch en xenofoob. Het is een vorm van intolerantie waarbij paradoxaal om tolerantie wordt gevraagd. Nu de PvdA minder uitgesproken is geworden als het om de multiculturele samenleving gaat, zet het afgesplitste DENK de oude traditie voort. Culturele diversiteit is mooi en wie dat niet vindt zou strafbaar moeten worden gesteld. Het door DENK gepropageerde zwart-witdenken vindt zijn oorsprong bij de PvdA.

Besluit

Asscher of Samsom. Eigenlijk een interne keuze voor het partijcongres, maar nu voorgelegd aan alle kiezers. Het zou ze worst moeten wezen. Het is een keuze tussen de PvdA en de PvdA, een partij die de dubieuze ethiek van ‘het doel heiligt de middelen’ heeft omarmd en daarmee haar morele failliet aantoont. Het opportunisme druipt er van af. De PvdA is een onderneming geworden die per campagne nieuwe illusies verkoopt omdat ze mensen van het eigen bedrijf aan het werk wil houden. Het zou me niet verbazen als Samsom in werkelijkheid empathischer is dan de nieuwe kroonprins Asscher.

nb Eerder geplaatst op 'Harde Woorden':  http://hardewoorden.nl/2016/11/asscher-of-samsom-een-vals-dilemma-als-campangetruc/

vrijdag 25 november 2016

Over mijn ‘waarheidsvermijdend’ pensioenfonds

                                                                 
Pensioenfondsen zitten dik in hun geld

Eerst stond er ‘leugenachtig’ in de kop van dit blog. Dat leek me later toch niet zo’n goed idee. Je weet tegenwoordig niet hoe Facebook daar op reageert. En dan heb je ook nog rekening te houden met de voortgaande islamisering van de samenleving waardoor iedereen die zich beledigd voelt maar aangifte gaat doen. Ik zie me al voor de rechter staan met een boze pensioenmijnheer. Sinds het Wildersproces kun je er ook al niet meer zeker van zijn dat pensioenmijnheren geen ras vormen. En dan heb je ook nog rekening te houden met boze mensen die geen babyboomer zijn en beweren dat babyboomers goede sier maken van hun centen en dat straks alles op is.

Het begon vanmorgen meteen al slecht. Een kort bericht in de Volkskrant maakte een einde aan mijn voornemen om vandaag geen boze witte man te zijn en mijn goede humeur tot aan het einde van de dag te bewaren. Het kwam er niet van. De oproep van Arthur van Amerongen om de televisie de deur uit te gooien, zou eigenlijk aangevuld moeten worden met een oproep om je abonnementen op te zeggen. Maar genoeg geklaagd, al wil ik daarbij nog wel even zeggen dat ik niet van plan ben om aan slachtofferisme te doen. Ik geef anderen maar zelden de schuld van mijn tekortkomingen, want dat hebben ze er bij mijn opvoeding wel uitgestampt. Zonder slaag, wat overigens van de islam best gemogen had.

Nee ik klaag niet over mijn pensioen. Het al jaren voortdurend gebrek aan indexering kan gemakkelijk worden opgevangen met het schrappen van dingen uit de sector ‘luxe’ die tot doel hadden mijn ego te strelen en daarin faalden. Ik heb natuurlijk makkelijk praten, want er zijn ook genoeg mensen waarvan het pensioen zo mager is dat ze hun abonnementen niet uit boosheid kunnen opzeggen omdat ze dat al lang geleden uit geldgebrek hebben moeten doen terwijl ze niet eens een lopende rekening bij Wehkamp hadden.

Maar nu terzake. De Volkskrant schreef vanmorgen (pagina 8): “Dat de pensioenfondsen zo krap bij kas zitten komt hoofdzakelijk door de lage rentestand”. Niet alleen mijn pensioenfonds doet aan waarheidsvermijding, ook de Volkskrant, die ooit op de hand van de werkende mens was, doet daar gewoon aan mee. Vanaf 8 uur deze morgen raakte ik ontregeld want het is volslagen valse informatie. Bij de meeste pensioenfondsen stroomt het geld meer dan royaal binnen. Daar zit het probleem in ieder geval niet. Waar het wel zit ga ik zo meteen vertellen, maar eerst nog even wat anders.

Om je te kunnen inleven in de verschrikkingen die een mens in een paar uur kunnen  overkomen, verzoek ik je de antenne voor empathie opwekkend nieuws op volle sterkte te zetten. Vandaag om tien (10.00) uur viel er een brief van mijn pensioenfonds door de brievenbus. Nou moet ik toegeven dat ik op dat moment al niet meer in een ontvankelijke stemming was, maar die ging door de inhoud van de brief over in een lichte razernij waarvan de resten door de visite, die om half elf (10.30) kwam, nog werden opgemerkt. Hoe je in een oogwenk van een boze witte man kunt veranderen in een woedende boze witte man kwam niet omdat mijn pensioenfonds in een overzicht liet zien hoeveel mijn pensioeninkomen de laatste jaren is gaan achterlopen op de inflatie. Informatief, maar het heeft op mij geen slaapverkortende werking. Waar de registratie van mijn gevoelstemperatuur van in het rood schoot was de opmerking over de indexering: “Wij besluiten elk jaar of dat ook kan”. En vanaf nu word ik serieus.

Mijn pensioenfonds besluit helemaal niks. Dat doet de staatssecretaris Kleinsma (jááá, óók Pvda) en dat heeft een reden. Vanwege de toegenomen levensverwachting zou de pensioenpremie logischerwijze moeten stijgen. Maar ja, crisis, dat kwam toch even slecht uit voor de werkgevers. Dus kreeg Klijnsma de opdracht om een list te verzinnen. De toekomstige verplichtingen van een pensioenfonds moesten worden uitgedrukt in de waarde van de bezittingen op een bepaalde dag. Het heet dekkingsgraad, lijkt logisch maar is complete onzin. Een obligatie die nog aardig wat geld oplevert, kan in de dekkingsgraad een lage waarde opbrengen, bijvoorbeeld omdat de looptijd binnenkort verstrijkt. Maar bij de afloop van de termijn krijgt de koper toch het volle pond terug en dat is als regel meer dan de beurswaarde van de obligatie van een jaar eerder. Valuta's schommelen. De beurswaarde van een aandeel kan laag zijn, maar het dividend (rendement) tegelijkertijd uitstekend. Het zijn maar een paar voorbeelden, maar zo zijn er nog vele te geven.

Pensioendeskundigen en Professoren economie hebben in het verleden het strak vast houden aan de dekkingsgraad bestreden. Maar het bij pensioenonderwerpen slapende parlement heeft Klijnsma niet gecorrigeerd. In de Volkskrant haalden de bezwaren van deskundigen de opiniepagina’s, maar nooit de echte krant. Daar overwoog de overtuiging dat vanwege de crisis de werkgeverslasten niet door een noodzakelijke verhoging van de pensioenpremie mochten toenemen. Nu de economie niet meer in de gevarenzone zit, mag het ABP de pensioenpremie met ingang van volgend jaar een eindelijk een heel klein beetje verhogen.

Waarom het land niet storm loopt tegen de ‘dekkingsgraad’ op een bepaalde peildag begrijp ik wel. Media en politieke partijen houden ons onnozel met waarheidsvermijdende verklaringen over de zin van het toepassen van een wangedrocht als de ‘dekkingsgraad’ op een fluctuerend bezit waarvan het verdienend vermogen nog steeds, en ook tijdens de crisis, fenomenaal is. Dat is eigenlijk het enige wat telt.

Om niet helemaal in mineur te eindigen verklap ik dat ik nog lang niet van plan ben om de Volkskrant op te zeggen. Iedere morgen schenkt de krant me weer een stoot adrenaline waaraan ik tijdens mijn werkend leven aan verslaafd ben geraakt. De krant is alleen af te raden voor mensen die om andere redenen al een overschot aan adrenaline produceren. Mensen met een marginaal pensioentje bijvoorbeeld (hoi, PvdA).

Over een paar jaar hebben we weer een ander probleem. Pensioenfondsen met te veel geld.


donderdag 24 november 2016

Onweerlegbaar bewezen: imams liegen er op los om de ware aard van de islam te verbergen

                                                                   

De Deense bevolking was geschokt toen in een documentaire onweerlegbaar werd aangetoond dat imams met dubbele tong spreken. Dat gold ook voor imams van moskeeën die als gematigd bekend stonden. Imams hebben voor de buitenwereld een positief verhaal over de islam. Wie echter binnen een moskee zijn oor te luisteren legt, hoort een heel ander verhaal. Om dat verschil bloot te leggen, maakten de documentairemakers gebruik van een undercover-infiltratie waarbij verborgen camera’s werden gebruikt.

Gister (23-11-2016)  was een samenvatting van de Deense documentaire te zien in het VARA-programma Zembla onder de titel ‘Undercover in de Deense moskee’. Er werden acht moskeeën bezocht. Voorafgaande aan de infiltratie werden ze onder valse voorwendselen gevraagd mee te werken aan een interview over de positie van de islam in Denemarken. Vier moskeeën werkten daar aan mee. Die interviews gaven een uitsluitend positief beeld te zien van de islam. Natuurlijk waren de geïnterviewden vóór democratie, niet tegen integratie, moesten moslims de Deense wetten respecteren, hadden vrouwen heel veel rechten binnen de islam en waren man en vrouw gelijk. Critici spreken in dit verband wel over de ‘islam light’ die als propagandistisch gezicht aan de buitenwereld wordt getoond.

De Deense dissidente ex-imam Ahmed Akkari was de inspirator voor de documentaire. Hij schreef een boek waarin hij uit de school klapte en waarschuwde dat moskeeën de integratie belemmeren, met dubbele tong spreken en de onderdrukking van vrouwen legitimeren. Hij was vooral bezorgd over de talloze moslims en moslima’s die in feite een Europese islam willen, maar geen gehoor vinden. Volgens ex-imam Akkari is de islam een ideologisch systeem dat mensen onderdrukt en beweert dat ze daar gelukkiger van worden.

De twee infiltranten bouwden eerst een vertrouwensrelatie op met de leiding van de moskee en begonnen daarna vragen voor te leggen. Bijvoorbeeld: “Een Deense vriendin heeft me uitgenodigd om op haar verjaarsfeestje te komen, mag ik daar naar toe gaan?”. Antwoord: “Liever niet en het hoeft ook helemaal niet. Tegenwoordig wonen er meer dan voldoende moslims in Denemarken en onder hen kan je vrienden vinden.” Een andere vraag: “Mogen kinderen worden geslagen?”. Antwoord: “Ja dat mag en moet soms, bijvoorbeeld als ze niet willen bidden”. Er wordt wel bij gezegd dat ze niet zo hard mogen worden geslagen dat ze iets breken of iets anders dat ernstig is oplopen.
“Ik kan werk krijgen, maar daar werken mannen en vrouwen wel door elkaar, mag ik daar werken?” Antwoord: “Nee, dat mag natuurlijk niet. Het is tegen de wil van Allah”.
De meest onthullende scènes volgden op het verhaal dat de vrouw aan de imams voorlegde. Mijn man slaat me. Nu heb ik niet meer zo’n zin in gemeenschap. Zijn familie heeft een tweede vrouw voor hem gevonden. Moet ik daar mee akkoord gaan of is het een reden voor scheiding?” Er was maar één imam die slaan niet zo geweldig vond. Allemaal raden ze het echter af om aangifte te doen van huiselijk geweld. “Wij zijn geen Denen, we zijn moslims”. Het weigeren van gemeenschap werd stellig veroordeeld. Een vrouw mag nooit weigeren als een man zin heeft. Het is een man toegestaan om meerdere vrouwen te hebben, ook daar kan niet tegen worden geprotesteerd. Uiteindelijk verzocht de vrouw de shariaraad een uitspraak te willen doen over haar scheidingsverzoek. Dat werd unaniem afgewezen. De sharia erkent de aangevoerde motieven niet als reden tot echtscheiding.

De in het geheim gefilmde scènes werden later voorgelegd aan degenen die eerder onder valse voorwendselen waren geïnterviewd. Bij het verhaal van de vrouw die werd geslagen en wilde scheiden was een van hen maar heel kort verbouwereerd en had al snel een antwoord. Wat de vrouw meemaakte was een soort therapie om haar huwelijk te redden!

Ik had al eerder via andere kanalen kennis genomen van de inhoud van de Deense documentaire. De uitzending schokte me niet en niet alleen daarom. Insiders en critici wijzen al heel lang op de leugenachtige presentatie van de islam. Het is geen schaamte die imams en moskeebestuurders er toe brengt om een propagandistisch beeld van de islam naar buiten te brengen. Het is bewust beleid en de betrokkenen worden er in getraind om de islam te presenteren met voor de westerse bevolking aanvaardbare termen. “De islam is vrede”, is bijvoorbeeld zo’n veelgehoorde leugen. De uitspraak is waar in de zin dat vrede het einddoel is van de utopische islamitische ideologie. Hij is onwaar omdat de islam voor het bereiken van die vrede geweld en bloedvergieten niet uitsluit en het is onwaar omdat voor het handhaven van die vrede alleen al de twijfel of de islam de juiste weg is genadeloos wordt afgestraft. Dat is de dagelijkse gang van zaken in Iran en Saoedi-Arabië.

Ik word er vaak treurig van wanneer ik zie dat bestuurders, journalisten en politici de propagandistische voorstelling van zaken slikken en zelfs op hun beurt gaan verkondigen. In goed vertrouwen gaan ze er van uit dat imams, moskeebestuurders en adviseurs zoals Maurits Berger het ware verhaal vertellen. Dat ze worden belazerd komt niet bij ze op. De naïviteit van bestuurders, journalisten en politici gaat in feite ten koste van heel veel moslims en moslima’s die er van worden weerhouden om binnen de Nederlandse wetgeving hun recht te zoeken. Vanuit de islam wordt het zoeken naar recht alleen maar aangemoedigd als er aanklachten kunnen worden ingediend tegen vijanden van de islam. Heel veel moslima’s zitten opgesloten in afschuwelijke huwelijken omdat hun familie op islamitische gronden tegen scheiding is.

Ik moet denken aan een andere documentaire die recent (22-11-2016) is uitgezonden. Het gaat over de 16-jarige Afghaanse Sonita die haar ouders als bruid willen verkopen om zo het geld bij elkaar te brengen dat haar broer nodig heeft om een bruidsschat te betalen voor het huwelijk dat hij wil aangaan. Sonita verzet zich daar tegen in raps, maar twijfelt ook of ze zich uit onmacht en/of solidariteit er niet bij neer moet leggen. De documentaire heeft een gelukkig einde als ze de gelegenheid krijgt om naar Amerika te vluchten.

Het Westen heeft een taak. Red moslims die echt in vrede willen leven van de fundamentele islam. Laat ze niet in de steek. En natuurlijk heb ik nog een boek voor u. Een boek geschreven door het Deense echtpaar Karen Jespersen en Ralf Pittelkow. Titel: ‘Islamisten en Naïvisten’. De Nederlandse vertaling is van 2007. Een schokkend en onthullend boek dat bewijst dat niet iedereen naïef is. Ook daar heeft de islam een oplossing voor. Als u liever naïef blijft,  bent u tenminste niet ‘islamofoob’. Er zijn mensen die zich daarmee gelukkig prijzen.

woensdag 23 november 2016

Mediajustitie

                                                                     

Ja, het gaat over Mevrouw Sylvana Simons, een vrouw die ik er van verdenk dat ze meer pruiken dan hersencellen heeft. Daar kun je B’enner mee worden. Meen ik dat nou letterlijk van die hersencellen? Echt niet. Het is bij wijze van spreken. Het is een stijlfiguur die op overdrijving berust en die ik gebruik om duidelijk te maken dat ik Mevrouw Simons bepaald geen verstandige vrouw vind. Mag dat? Ja, het mag, al vinden ‘nette’ mensen dat je niet alles hoeft te zeggen en als je dat toch doet, het op een fatsoenlijke manier dient te gebeuren. Maar John Stuart Mill staat aan mijn zijde. Je mag alles zeggen is de mening van deze negentiende-eeuwse filosoof, zo lang je maar niet oproept tot geweld tegen een persoon of diens bezittingen.  

Iemand is walgelijk en treiterend te ver gegaan in het uitdrukking geven aan zijn weerzin tegen Mevrouw Simons. De weerzin als zodanig (en dus niet de verschijningsvorm) is begrijpelijk wat mij betreft. Ze neemt het op tegen heel Holland door te verklaren dat blanke mensen allemaal racisten zijn. Als je zoiets beweert dan mag je verwachten dat je je daar niet erg populair mee maakt. Dan begeef je je in een gevarenzone. Je gaat in een Amsterdamse kroeg ook niet roepen dat het Ajax-elftal uit homo’s bestaat en het elftal van Fijenoord uit echte kerels. Als je dat doet kun je je beroepen op de vrijheid van meningsuiting, maar voor het uiten van zo’n belediging kun je beter een Rotterdamse kroeg uitzoeken.

Mevrouw Simons heeft het geschopt tot de ‘talk of the town’. Iedereen heeft het erover en iedereen, ook ik, gebruikt de situatie om met zijn piesje het eigen geestelijk territoir te markeren. De leidende opiniërende media hebben positie gekozen. De wijze waarop dat gebeurt bevalt me van geen kant. Er is geen enkele relativering te bespeuren. Niemand die zegt, zoals bij de moord op Theo van Gogh, dat ze er eigenlijk een beetje om gevraagd heeft. Bij mevrouw Simons gaat het op zijn ergst om ‘karaktermoord’. De Volkskrant ging het verst met een compilatie die de boodschap uitdroeg: ‘kijk eens wat mevrouw Simons allemaal overkomt’. Dat is wel dezelfde krant die nagenoeg voorop liep bij de demonisering van Pim Fortuyn en zich nooit afvroeg: ‘gaat dit niet te ver’. De Volkskrant koos overduidelijk, toen en nu weer, voor de heersende elite. Ook Ayaan Hirsi Ali werd niet tot het bittere einde door de media gesteund in haar recht op vrijheid van meningsuiting.

Dat de aanstootgevende beelden over Simons een bedreiging inhouden, kan ik me eigenlijk niet voorstellen. Het gaat meer om een stijlfiguur met bedenkelijke en te ver gaande overdrijving. De maker mag wat mij betreft aan de schandpaal vanwege een gebrek aan hersencellen. Dat geldt wat mij betreft echter ook voor de media die deze gebeurtenis buitenproportioneel hebben vergroot en lijken te gebruiken om het hele Nederlandse volk in te peperen dat dit niet mag. Alsof 99,9  % van de bevolking dat al niet uit zichzelf had begrepen.

De leidende media hebben niet alleen een slecht geheugen (Pim Fortuyn en Theo van Gogh), ze hebben daar echter ook geen ballen. Het is een deerniswekkend en in onderdanigheid buigen voor een mevrouw die tot haat aanzet. Wie beweert dat de blanke inwoners van Nederland zonder uitzondering racistisch zijn, zet aan tot haat. Dan gaat het niet om een stijlfiguur met overdrijving. Het zet niet alleen aan tot haat, maar ook tot zelfhaat. Gloria Wekker mocht van de zichzelf hatende NRC pagina’s vullen met dezelfde boodschap als die van mevrouw Simons: ‘blanke Nederlanders zijn tot in hun onderbewustzijn ‘racistisch’. Het wordt niet tegengesproken en de afwezigheid van tegenspraak leidt tot bevestiging.

Mevrouw Simons zet aan tot haat en zet groepen inwoners tegen elkaar op. Dat past ook uitstekend in het propaganda-model van DENK dat om de haverklap roept dat ze wil verbinden. In die zin is mevrouw Simons de ingehuurde spreekpop voor de DENK-ideologie. Een ideologie die kan worden beschreven als het opdringen van visies die minderheden dominantie verschaffen door de meerderheid te beschuldigen. 

Postmodernistische pseudowetenschap beschermt de mevrouwen Simons van deze wereld en geeft hun haatzaaiende teksten legitimiteit. Als je je daar als wetenschapper tegen zou willen verzetten, beland je in het verkeerde rijtje. Politieke correctheid op universiteiten en in de media leidt tot het demoniseren van iedereen die er een andere mening op na houdt.

De media in Nederland gaan op de stoel van de rechter zitten in plaats van, zoals ze beweren, feiten en meningen van elkaar te onderscheiden en alle geluiden een plaats te geven. Bevooroordeeldheid en angst voor de politiek correcte censuur weerhouden de media om hun werk goed te doen. Ze schijnen dat niet erg te vinden. De media laten zichzelf niet zelden zien als een roddelend breikransje dat zwelgt in de eigen deugdzaamheid. Ze verdedigen het recht op vrije meningsuiting van mevrouw Simons, ook al is die als haatzaaiend te betitelen, maar tonen zelden een rechte rug als de wijze waarop iemand anders die vrijheid van meningsuiting gebruikt, hen niet aanstaat.

Het ‘slachtoffer’ wordt beschermd en daarmee van schuld ontdaan. Daar is het de slachtoffers om te doen en het werkt. De Franse filosoof Pascal Bruckner schreef er een boek over (De verleiding van de onschuld, 1996). Het wordt te weinig gelezen.



maandag 21 november 2016

Nederland is mijn vaderland, Turkije is mijn moederland

                                                                      

De VPRO liet gister in het programma ‘Tegenlicht’ een portret zien van Turken in Nederland die Erdogan steunen. De spagaat tussen het verblijf in Nederland en de binding met Erdogans Turkije wordt overbrugd door retoriek. De slagzin: ‘Nederland is mijn vaderland, Turkije is mijn moederland’ wordt gevolgd door: ‘En die liefde voor je vader en moeder kan je niet scheiden van elkaar’.

In het programma worden ook enkele Erdogan-aanhangers gevolgd die, in Turkije, aangifte hebben gedaan tegen Metro-columniste Ebru Umar toen die bij haar ouders in Turkije verbleef. Ze voelden zich beledigd door de niet malse teksten van Umar over Erdogan. Een beetje raar eigenlijk want, als het al een delict is, is dat gepleegd in Nederland (het vaderland). Maar de heren vonden het Nederlandse recht te soft. Gevalletje van internationaal juridisch shoppen. Als vader niet toegeeft, kun je het nog altijd weer bij moeder proberen.

De mannen in het programma hadden geen moeite met conflicterende normen en waarden. Ze houden zich in Nederland braaf aan de wet en betalen hun belasting. Maar hun normen en waarden waren onmiskenbaar Turks en dat culmineerde in een verering van Erdogan die Turkije weer groot maakt. Een enkeling ging daar heel ver in en zag het glorievolle Ottomaanse rijk weer rijzen. Er waren ook bebaarde critici van Erdogan te zien. In niet mis te verstane woorden gaven ze te kennen dat Erdogan in hun ogen een slappeling was die niet ver genoeg ging in het islamiseren van het land. Ongetwijfeld hebben ze een Nederlands paspoort op zak en vinden ze tegelijkertijd dat Nederland een verderfelijk land is zolang het de islam niet omarmt.

Opvallend was dat de meeste mannen welbespraakt waren en hun Nederlands uitstekend beheersten. Ik spreek beter Nederlands dan menig Nederlander, zei een van hen en dat was niet onterecht. Maar ook van hem hoorde ik niets anders dan retoriek die de spanning overbrugt tussen hier zijn en daar willen wezen. Ogenschijnlijk geïntegreerd, maar dat beperkt zich tot economische integratie. De Turkse cultuur wordt zorgvuldig onderhouden en bevat geen andere Nederlandse trekjes dan de rechten waarop ze zich kunnen beroepen.

In het latere ‘Nieuwsuur’ trad er een sterk contrast op met de verhalen in ‘Tegenlicht’. De nationale deken van alle advocaten in Turkije liet bij een interview weten dat in Turkije de rechtsstaat niet meer bestaat. Advocaten kunnen niet meer naar behoren functioneren, de rechten van verdachten worden sterk aangetast en de rechtspraak is niet meer betrouwbaar. In een openbare meeting met Erdogan waarin hij dat moedig naar voren bracht, werd hij door de laatste woedend uitgescholden voor leugenaar.

In Nederland is men daarover terecht verontwaardigd. Dat was aan de Erdoganisten in ‘Tegenlicht’ niet besteed. Erdogan staat op een voetstuk en kan niets verkeerd doen. Hij is het die Turkije groot maakt en een derde wereldland heeft omgetoverd in een natie die meetelt in de wereld. Dat telt. Bijna alle mannen uit het VPRO-programma zijn van plan om op DENK te stemmen en ze waren actief bij demonstraties waar een zee van Turkse vlaggen was te zien. Het is niet alleen een Nederlands probleem.

Hun retorisch spel met de begrippen ‘vader’ en ‘moeder’ is eigenlijk propaganda die hun verblijf in Nederland moet rechtvaardigen. Goedbeschouwd gaat het om een echtpaar dat is gescheiden en waarvan de kinderen voor hun moeder hebben gekozen. En natuurlijk letten ze op of vader wel trouw de alimentatie betaalt en hun rechten respecteert. Verder laten ze hem links liggen.



zondag 20 november 2016

De NRC doopt haar pen in verongelijktheid

                                                                 
NRC doopt haar pen in verongelijktheid

In de NRC voelt de elite verslagenheid en reageert met verongelijktheid. Gisteren onderzocht ik de reactie van de Volkskrant op de culturele en politieke crisis die door de uitslag van de Amerikaanse verkiezingen is veroorzaakt. Ze snappen het daar nog steeds niet, was mijn conclusie. Vandaag is de NRC van 19/20 november aan de beurt. Hoe reageert de krant op de crisis in de media? Het is een treurige krant geworden. Verongelijktheid is de toon. De crisis vormt een bedreiging voor het establishment.

Ik ben bang, de wereld wantrouwt ons
Zo luidt de kop boven een ingezonden brief. “Ik ben hoogopgeleid en woon in een ‘nette’ buurt. Mijn kinderen zijn ook hoogopgeleid, hebben goede banen en leuke huizen. Dat gaf altijd een gevoel van veiligheid. Maar nu ben ik bang. Bang dat mijn kleinkinderen moeten opgroeien in een wereld die ons wantrouwt. Wij zijn voor gelijke rechten voor iedereen en stemmen op politici die hun best doen om dat voor elkaar te krijgen. Maar die worden ook gewantrouwd.” Er volgen nog wat zinnen over het racisme en de vreemdelingenhaat uit minder ‘nette’ buurten en over de boze PVV-stemmer die door populisme op het verkeerde pad is gebracht.
Ik vraag me al tijden af hoe redacties bepalen welke ingezonden brieven wél en niet de krant halen. Bij de NRC moeten ze gedacht hebben dat deze brief wellicht representatief is voor de opvattingen die bij een aantal van haar lezers leven. Representatief voor het bedreigde deugdzame establishment dat andere zorgen heeft dan de bedreigde burger die zich om andere redenen afvraagt in wat voor wereld zijn kleinkinderen moeten opgroeien.

Er is iets gaan wankelen in Soest
In de reeks ‘De stemming’ is de NRC deze keer op bezoek in een villawijk in Soest. “Bevoorrecht noemen ze zichzelf. Maar de welgestelden in Soest voelen zich onrustig. “Het systeem collapst.”. Na deze intro maken de geïnterviewden duidelijk dat ook welgestelden met hun riante inkomens te maken hebben met baanonzekerheid en de veiligheid van hun pensioen. Een van hen gaf een training in kwaliteitsverhoging in een bakkersfabriek. Nog nauwelijks begonnen klonk uit het publiek de kreet ‘sodemieter op vuile zakkenvuller, je bent nummer tien die ons komt vertellen hoe het beter kan’. “Er is iets aan het  wankelen”, zegt een ander in reactie. Het wordt niet ingevuld. Maar ik begrijp er uit dat de spreker vaststelt dat ook zijn wereld zal veranderen en niet ten goede.

Er komt een laag eelt over onze beschaving te liggen
Die zin is opgetekend uit de mond van Simon Schama in een interview over zijn nieuwste boek: ‘The Face of Brittain’, dat over de betekenis van de Britse portretkunst gaat. Die zin werd meteen de kop boven het interview en heeft eigenlijk helemaal niets met het boek van Schama te maken. Die zin kwam er omdat Schama in het interview helemaal leegloopt over de Amerikaanse keuze voor Trump. De jaren 1933 en 1939 komen voorbij, Trump is weliswaar geen Hitler, maar fascisme komt in vele gedaanten. Schama troost zich met de gedachte dat Kunst blijft voortbestaan. “Er is een wereld die barbaren niet kunnen verwoesten”. Een weinig betrouwbare troost in een wereld waarin ISIS met bulldozers en voorhamers de kunst in het Midden-Oosten aan het vernietigen is. Maar daar heeft Schama het niet over. In zijn opvattingen komt het gevaar niet van buiten, maar van binnen. Alweer een tot het establishment behorende intellectueel die zijn wereld bedreigd weet en de oorzaak op de verkeerde plaats legt.

Waarom de politisering van de journalistiek dichterbij komt
Het is de kop boven een artikel in de reeks ‘Haagse invloeden’ waarin Tom-Jan Meeus uitlegt welke verdervende invloed Wilders op de journalistiek heeft. Het artikel loopt over van de verongelijktheid. “De economie draait sterk, de werkeloosheid daalt, dankzij de VVD en de PvdA is de rijksbegroting op orde zodat er de volgende periode geld is voor investeringen en verbeteringen”. Wat zeurt de ‘boze burger’ eigenlijk over is de onmiskenbare boodschap. Al die prachtige resultaten zijn te danken aan de ‘redelijkheid’ die een oer-Hollandse vorm van redelijkheid is en dat is wel wat anders dan de ‘Wilderswoede’. Anders dan de Volkskrant die om ‘moedige journalistiek’ vraagt, vindt Meeus journalisten laf: “Overal zie ik journalisten het verwijt dat zij zoveel zaken ‘gemist’ hebben, beantwoorden met het extra uitvoerig citeren en napraten van Wilders”. De mokkende Meeus lukt het in zijn verongelijktheid niet om over de rand van zijn beeldscherm te kijken. Ook de politieke correctheid van de hedendaagse media is/was een vorm van politisering waarbij de werkelijkheid getransformeerd wordt in een schijnwereld die in toenemende mate door de boze burger wordt doorzien. Meeus loopt verder nog leeg over de orkestratie achter het ‘minder, minder’ toneelstukje van de PVV. Dat ook de aangiften daartegen waren georganiseerd, vergeet hij gemakshalve even. De redelijkheid wordt niet alleen vanuit het Wilderskamp bedreigd, het anti-Wilderskamp weet ook van wanten. Meeus is de zoveelste burger die zich door de ontwikkelingen bedreigd voelt, maar er niet in slaagt om constructief met de ontstane situatie om te gaan. 

De wraak van de vergetenen is nog niet voorbij
De keuze van de koppenmaker van de krant is gevallen op de bedreiging die van de crisis uitgaat en die het establishment bedreigt. Deze vlag moet een artikel dekken van Ronald Buijt (op de internetversie is de kop aangepast), fractievoorzitter van Leefbaar Rotterdam. Buijt benoemt de machteloosheid die veel Nederlanders voelen en die door het establishment en hun media worden veronachtzaamd. Optimistisch is hij niet. “De media zullen moeten beseffen dat het niet hun taak is om burgers op te voeden tot kosmopolitische progressieven, maar juist ruimte te bieden aan geluiden die niet in hun straatje passen. Veel vertrouwen heeft hij daar niet in. “De elites zullen te verknocht aan hun dogma’s blijken om het tij te kunnen keren.” Dat vertrouwen heb ik eerlijk gezegd ook niet erg. De NRC heeft bij het artikel zes grote foto’s geplaatst van de Trump-aanhang, portretten die bepaald niet representatief zijn voor de verontruste burger die zich machteloos voelt. Ronald Buijt is een Trumpist en zijn achterban is niet serieus te nemen, lijkt  hier het onuitgesproken commentaar te zijn. Die aanname berust niet op losse gronden. Meteen naast het artikel plaatst de NRC een artikel van de hand van Ali Sina Alizay met de kop: “….en ze willen dat witte mensen de norm blijven. Trump is niet ondanks, maar juist vanwege zijn xenofobie aan de macht gekomen, meent de schrijver. Zijn opvattingen staan dicht bij de van de NRC die geen mogelijkheid onbenut laat om Trump op zijn zwartst af te schilderen en daarmee de lezer bang te maken. Ali Sina Alizay deelt die angst: “Het mag duidelijk zijn dat de wielen maar één kant op draaien, richting een wankele wereldorde waarin zwaar gepolariseerde, naar binnen gerichte landen worden geleid door despoten”. Het alarmisme spat er van af. Ali’s angst is dat minderheden straks weer opgeofferd zullen worden.

Ik ben al weer te lang doorgegaan
Vandaag lukt het niet om het kort te houden. In de NRC lijkt er geen einde te komen aan het leed van het bedreigde politiek correcte establishment en de bedreigde minderheden. Nogal zwak voor een krant die beweert tot nadenken te willen stemmen en geen afstand neemt van de eigen voorbarige emoties. Wat er bedreigd wordt is de hoogdravende politieke correctheid en de daardoor gesteunde agressieve houding van minderheden. Als ik iets in mijn leven heb geleerd is het wel dat al dit soort discussies niet over principes gaan maar over het daardoor verhulde machtsstreven en door groepsbelangen. De crisis is niet meer dan een balansverstoring en leidt hopelijk weer tot een nieuw machtsevenwicht. Media kunnen daar een belangrijke rol in spelen. Zover is de NRC nog niet, die verblijft nog in een rechtvaardiging van geromantiseerd beeld van het heden. Hoogste tijd om de door zelfgenoegzaamheid stomp geworden pennen weer eens te slijpen.



zaterdag 19 november 2016

Het is de ‘politieke correctheid’, stupids!

                             
Martin Sommer, de 'nieuwe realist'


Iedere morgen word ik letterlijk en figuurlijk weer wakker met het lezen van de Volkrant. De krant die gevuld wordt door een redactie die geen lef heeft om buiten de (geo-)politieke correcte lijntjes te denken. En als een redacteur dat wel doet, loopt Bert Wagendorp met een rooie kop naar de hoofdredactie om briesend diens ontslag te eisen. Het overkwam Martin Sommer, maar de hoofdredactie heeft hem desondanks gehandhaafd. Iedere zaterdag kijk ik uit naar zijn column die gekenmerkt wordt door het ‘nieuwe realisme’, een opbeurende en verfrissende  oase in de woestijn van politieke correctheid.

Vandaag heeft Sommer het over het kuddegedrag van parlementsleden die gehouden zijn zich aan de partijlijn te houden. Als voorbeeld geeft hij de VVD-fractie die eigenlijk tegen het steunpakket aan Griekenland wilde stemmen en dat niet mocht van premier Rutte (die eerder in de verkiezingsstrijd had aangekondigd: ‘geen cent voor de Grieken’). Sommer zou met een analyse van het kuddegedrag van journalisten en opiniemakers een mooi vervolg op die column kunnen schrijven. Journalisten en opiniemakers hebben geen last van Rutte, maar wel van de politiek correcte bovenlaag die hen dwingt om binnen de lijntjes te blijven.

Naast de column van Martin Sommer, staat een officieel Volkskrantcommentaar over het ‘Zelfonderzoek bij de publieke omroep’. Als ik daar aan begin wordt de Volkskrant weer een sparringpartner die het verzet in mij oproept. “Goede journalisten stellen ook ongemakkelijke vragen”, staat er in dat hoofdcommentaar. Dat menig journalist zich bij zo’n zin zal afvragen: ‘oké, maar als ik dat doe, beschermt mijn baas me dan ook omdat ik volgens collega’s buiten de lijntjes pies?’. Zo diep gaat het Volkskrantcommentaar niet. Bij een andere zin in het commentaar kreeg ik acuut nieuw-realistische kriebels. “Nieuwsmedia hebben in de eerste plaats een hygiënische functie. Ze moeten zin en onzin van elkaar scheiden. Daartoe moeten alle feiten en beweringen kritisch onder de loep worden genomen”. Zo te lezen, weten ze wel hoe het zou moeten. Maar waarom doen ze dat dan niet? De hygiëne waarover in dit commentaar wordt gesproken is in de media opvallend afwezig. Het lijkt er eerder op dat onder hygiëne wordt verstaan: de lezer het juiste (politiek correcte) laten denken. De opvoedende taak van de media roept bij mij het beeld van een nationale voorganger in het politiek correcte denken op. Geert Mak is zijn naam (en Peter R. de Vries zijn pappagaai). Geert Mak ligt ’s nachts wakker van de ‘vertrossing’ van Nederland, zoals zijn politiek correcte bentgenoten wakker liggen van de ‘onderbuik’ van Nederland. ‘Vertrost’ Nederland moet tegengas krijgen en het politiek correct denken is daarvoor het aangewezen medicijn.

Een voorbeeld. De Volkskrant heeft vandaag weer een paginagroot artikel over een vluchtelingengezin. Het is er een uit een reeks. De reeks heeft geen andere bedoeling dan de lezer te laten sympathiseren met vluchtelingen. De lezer moet worden weggehouden bij verkeerde gedachten. Bijvoorbeeld bij de vraag: ‘zijn het oorlogsvluchtelingen of economische migranten? Helemaal geen gekke vraag. Frans Timmermans (ja, die) opperde al eens dat waarschijnlijk zo’n zestig procent geen oorlogsvluchteling genoemd kan worden. Recent onderzoek komt op een percentage van 13% vluchtelingen die een oorlog gerelateerd vluchtmotief hebben. Dat is niet het beeld dat de media en belangenorganisaties als Vluchtelingenwerk schetsen. Het zijn allemaal oorlogsvluchtelingen is  het verhaal. Wie bezwaren maakt tegen de grote vluchtelingenstroom wordt geportretteerd als een slecht mens.

“Goede journalisten stellen ook ongemakkelijke vragen”, stond er in het hoofdcommentaar van de Volkskrant van vandaag. Als het om de ongemakkelijke vragen over de vluchtelingenproblematiek gaat, moet ik zo’n journalist nog tegenkomen. Ze mijden die vragen want anders worden de Bert Wagendorpen van deze wereld weer boos. In het land worden die vragen wel gesteld. Ze worden niet altijd even eloquent verwoord. Ze worden genegeerd en de vragenstellers worden door de media op een negatieve wijze weggezet als waarschuwing voor de rest van de bevolking: ‘als je zo denkt, ben je een verdacht mens’.

In dezelfde Volkskrant staat een omvangrijk interview met Paul Cliteur, een van de weinigen die moed had om een tegengeluid te laten horen in de Wildersproces. Er waren twee uitspraken die me troffen. Op de vraag: “Viel het u zwaar om te getuigen? ”, antwoordt hij in alle oprechtheid:
”Net als ieder ander word ik niet graag impopulair, niemand vervreemdt zich graag van zijn omgeving. Wilders is in bepaalde kringen zo’n boeman. Dus ik heb ook gedacht: laat deze beker aan mij voorbij gaan. Maar anders dan sommige anderen die zijn gevraagd, heb ik het grootste gedeelte van mijn loopbaan achter mij. Ik ben 61, ik kan het me makkelijker veroorloven dan iemand die nog aan het begin van zijn carrière staat.” Cliteur durft de ongemakkelijke vragen wel aan: “Over tien jaar wil ik niet voor de spiegel staan en tegen mezelf zeggen: je wist het wel, maar je durfde het niet te zeggen, want zoiets valt slecht…”.
Paul Cliteur

Twee zinnen die er bij mij inhakken. Een paar centimeter tekst die haarscherp weergeeft waar het in gepolariseerd Nederland aan schort. De ongemakkelijke vragen kunnen alleen worden gesteld door mensen die niets meer te vrezen hebben omdat ze aan het eind van hun carrière zitten, financieel onafhankelijk zijn of al met pensioen. De meeste mensen die de media, de universiteiten en de politiek bemannen leven onder de dictatuur van de politieke correctheid. De opvoedende waarheid die de werkelijkheid overdekt met wat je als ‘deugdzaam’ mens hoort te denken. Inmiddels ben ik toe aan mijn conclusie over het redactioneel commentaar van de Volkskrant: volstrekt hypocriet! Deugdzame mensen zijn mensen die ongemakkelijke vragen durven te stellen en door schijnvertoningen heen prikken. In de samenleving van vandaag zijn dat helaas ook de mensen die bescherming nodig hebben en als regel niet krijgen. Nagenoeg iedereen is bang gefileerd te worden door de wraakgierige politiek correcte meute die haar schijnwaarheden beschermt tegen moedige mensen.

Dit land lijdt aan een overmaat aan politieke correctheid, aan de dictatuur van politieke correctheid, aan de angst die politieke correctheid inboezemt. Dit land lijdt aan de Geert Makken en Bert Wagendorpen die het benoemen van de realiteit niet als deugd zien. Politieke correctheid veroorzaakt polarisatie met haar gemoraliseer. Politieke correctheid dwingt mensen hun mond te houden. Er zijn maar weinig Paul Cliteurs en Martin Sommers. 

Kranten, media en universiteiten worden weer betrouwbaar als ze de werking van politieke correctheid hebben geanalyseerd en de polariserende werking daarvan hebben uitgeschakeld.

maandag 14 november 2016

Donald Trump, de trigger van een grote vulkaanuitbarsting

                                                                       

De uitbarsting die bijna niemand zag aankomen


Met smalende gedachten heb ik mij vanmorgen weer door de ochtendkrant geworsteld. Hoe selecteren ze bijvoorbeeld bij de Volkskrant welke ingezonden brieven de krant halen? “Ik ben niet bang voor Trump”, schrijft er iemand, “Ik ben bang voor de miljoenen mensen die zo iemand macht en invloed toevertrouwen. Ze hoeft niet bang te zijn. Een leger van Bert Wagendorpen, Geert Makken, Peter R. de Vriezen en Jeroen Pauwen zullen op de barricaden klimmen om het politiek correcte deel van de Nederlandse bevolking (één miljoen mensen, schat ik) te beschermen tegen het naderend onheil dat hun leefwereld als een uitslaande brand zou kunnen ontwrichten. Valt de brand nog te blussen?

Uitslaande brand? Zelf geef ik de voorkeur aan de metafoor van de vulkaanuitbarsting. In de afgelopen jaren heeft de magmakamer van de vulkaan zich steeds verder gevuld en is zodanig op spanning gekomen dat een uitbarsting onvermijdelijk zou worden. Slechts enkelen zagen de spanning groeien, maar de meesten dachten dat de vulkaan zich wel rustig zou houden. Dat is het bedrieglijke van vulkanen. Trump was niet de oorzaak van de uitbarsting, zoals zovelen denken. Zijn verschijning op het politieke toneel en zijn taboe doorbrekende teksten vormden de trigger die de opgekropte gevoelens liet ontploffen.

“De wereld van Trump is er een waarin onbeschoftheid, hatelijkheid en racisme gewoon zijn. Dat kan niet onze wereld zijn, noch de jouwe”, stond er als reactie onder een van mijn blogs. De reactie van iemand die in een bubbel leeft en zich onvoldoende bewust is van de onbeschoftheid, de hatelijkheid en het omgekeerde racisme waarmee iedereen die niet zo van het politiek correcte is, nagenoeg dagelijks mee te maken heeft. Krant en televisie verkondigen dagelijks dat het politiek correcte de norm zou moeten zijn en dat je werkelijk niet deugt als je dat niet omarmt.

Sinds de verkiezing van Trump branden de  politiek correcten zich aan de hete lava en wordt hun zicht belemmerd door de neerdwarrelende as. Ze slaan om zich heen en in het verbale en fysieke geweld herkennen we de onderbuik van links. Hun wereld wordt in rap tempo bedreigd en menig rat verlaat het schip. In de Volkskrant van vandaag schrijft Shula Rijxman, het opperopperhoofd van de dat de NPO gaat leren van Trump.De publieke omroep is niet van ons, die is van u”, schrijft ze onder haar epistel met het voornemen het verwaarloosde deel van de bevolking meer aan het woord te laten. Een schaap is er over de dam en er zullen er wel meer volgen.
Shula Rijxman

Ik geef mevrouw Shula Ryxman het advies om de omroepen voor te houden om eens goed naar hun personeelsbestand te kijken en deze in de richting te sturen van een betere afspiegeling van de Nederlandse bevolking. Ik adviseer haar om de omroepen te vragen om in programma’s een beeld op te roepen waarin de meerderheid van de Nederlandse bevolking minder geconfronteerd wordt met de missionarissen van de politiek correcte dictatuur. Geef de Wiert Dukken van ons land meer exposure, geef ze een programma. Hef de haatzaaiende website Joop.nl op.  Overtuig Paul Cliteur, die zich wegens bedreiging uit het publieke debat heeft teruggetrokken, dat hij veilig naar Hilversum kan komen. Ik adviseer Shula Rijxman verder om de VARA te vragen Jeroen Pauw vervroegd met pensioen te sturen. Zijn recente eentweetje met Pechtold stond in het teken van ‘minder, minder, minder tokkies. Maar het zal iedereen nog verbazen hoeveel goed opgeleiden heel eloquent kunnen verwoorden dat het politiek correcte denken een politieke ideologie is die meer vernielt dan ons lief is.

Ik voorspel Shula Rijxman dat ze het moeilijk zal krijgen. De weerstand is groot. Het grote zelfvoorzienend netwerk van politiek correcte vriendjes en vriendinnetjes heeft veel te verliezen. Niet alleen bij de omroepen, ook bij de kranten en tijdschriften en zeker ook bij de bron van veel politieke correctheid: de universiteiten.
En Shula, kijk maar uit. In de slangenkuil van  Hilversum worden de messen geslepen. Je bedreigt mensen met leuke baantjes en een soms astronomisch inkomen en veel vakantie. Zorg voor voldoende rugdekking!



zondag 13 november 2016

NOS Jeugdjournaal verbergt de opzienbarende waarheid over wat kinderen van Zwarte Piet vinden

                                                                                

Ook al onbetrouwbaar


In het NOS Jeugdjournaal werd op zaterdag 12 November melding gemaakt van een onderzoek naar wat kinderen van Zwarte Piet vinden. De uitslag van dat onderzoek werd niet vermeld. De nieuwslezeres verwees voor de uitslag van het onderzoek naar de website van het Jeugdjournaal.

De vermelding van het onderzoek kan nauwelijks nieuws worden genoemd. De uitslag van het onderzoek was wel degelijk nieuws. Maar dat nieuws werd de kijker onthouden. Van de ondervraagde 900 kinderen tussen 9 en 13 jaar is 87% het eens met de stelling: “Ik zou het jammer vinden als Zwarte Piet anders wordt. Eenzelfde aantal vindt  dat er te weinig wordt geluisterd naar de mening van kinderen over Zwarte Piet.

Onwelkom nieuws. Het werd de kijker onthouden. Die moest het op de website opzoeken en hoeveel zullen dat hebben gedaan? Het NOS Jeugdjournaal wilde liever niet dat de kijkbuiskindertjes en hun ouders kennis namen van de opmerkelijke uitslag die strijdig is met het beleid dat door NOS en RTL wordt voorgestaan.

Het is het zoveelste bewijs van manipulatie door nieuwsmedia die meer oog hebben voor de stem van minderheden dan voor wat een meerderheid van de bevolking van Nederland vindt. De uitslag van het onderzoek naar de mening van kinderen sluit bijna nauwkeurig aan bij de uitslag van het onderzoek dat het AD deed naar de mening van het land over de kleur van Zwarte Piet. Zesentachtig (86) procent vond dat Zwarte Piet zwart moest blijven.

De uitslag van twee onderzoeken zouden eigenlijk leidend moeten zijn bij de keuze welke kant het op gaat met de kleur van Zwarte Piet. Een meer dan overgrote meerderheid heeft zijn stem laten horen. Buiten een paar grote steden (en bij de RTL en NOS) wordt de intocht van Sinterklaas begeleid door Pieten die gewoon Zwart zijn. De grachtengordels van die grote steden en het Gooi blijven echter gehoor geven aan de leus dat Zwarte Piet een symbool van slavernij zou zijn. Het land kijkt machteloos toe bij hoe een minderheid de meerderheid haar wil oplegt.

Het laffe verbergen van de uitslag van het onderzoek van het NOS-jeugdjournaal is het zoveelste signaal dat een minderheid is losgezongen van wat men in het land vindt. De uit belastingopbrengsten goedbetaalde missionarissen van het multiculturele evangelie zouden wat mij betreft op staande voet ontslagen mogen worden. Hun pleidooi voor het standpunt van minderheden leidt tot versterking van de opvatting dat minderheden recht hebben op hun eigen cultuur en dat wij dat moeten accepteren. Dat staat haaks op de opvatting van de meerderheid van de bevolking dat integratie van minderheden voor de toekomst de beste oplossing is.

Het negeren van 86% van de bevolking, inclusief de kinderen, vormt een bewijs voor de arrogantie van de postmoderne elite die zijn binding met wat leeft in het land is verloren. De reactie zal niet uitblijven. Nog even en veel van die missionarissen zullen wat mij betreft druk zijn met hun onderzoek of Canada ze als migrant zal willen accepteren.

verwant blog




zaterdag 12 november 2016

Nu echt voor de laatste keer naar Pauw gekeken

                                                                               

Pauw hielp gisteravond Pechtold met het maken van zijn punt


Kijken naar Pauw is tegenwoordig slecht voor mijn humeur. Omdat ik ook nog regelmatig de neiging heb om dingen  naar het geheel onschuldige TV-apparaat te gooien, werd het onvermijdelijk om te besluiten het kijken naar Pauw uit het dagelijks ritueel te bannen. Bevalt me goed.

Gisteravond won mijn nieuwsgierigheid het echter van mijn weerzin. Aangekondigd was dat Pauw Pechtold had uitgenodigd om in discussie te gaan met de ‘boze burger’. Daar reken ik mezelf ook toe. Kijken hield wel een risico in. Pechtold werkt op mij als een rode lap op een stier. Voorzichtigheidshalve bereidde ik me voor door alles waarmee ik kon gooien buiten mijn bereik te plaatsen. De afstandsbediening vertrouwde ik aan mijn vrouw toe met de afspraak dat ze de TV uit zou zetten vanaf het moment  dat ik zou gaan vloeken. Dat is als regel ook het moment waarop ik al mijn zelfbeheersing te hulp moet roepen om niet met dingen te gaan gooien.

Eigenlijk had ik niet moeten kijken. Na de intro van Pauw ‘we gaan beginnen’, zag ik al dat het fout zat. Na zeven minuten begon ik te vloeken en toen ging de TV uit. Geen schoen naar het scherm gegooid, maar mijn humeur stond vanaf dat moment lager dan het Amsterdams Peil. Die zeven minuten waren voldoende om te constateren dat de arbeidersomroep die de VARA in een ver verleden was niet meer van de arbeider en de boze burger houdt.
Het begon al met de casting. De VARA heeft kennelijk het idee dat de ‘boze burger’ bestaat uit een groep van laag opgeleiden die niet goed uit hun woorden kunnen komen en soms verwerpelijke ideeën hebben. De drie uitgenodigden waren bepaald niet representatief voor wat men onder de ‘boze burger’ verstaat. Hier was dus sprake van beeldmanipulatie. Geen mensen waarmee de gemiddelde ‘boze burger’ zich kan identificeren. Daar zet je dan Pechtold als gewiekste debater tegenover en dat is ongeveer te vergelijken met Cruyff laten pingelen tegen een door reumatiek verstijfde bejaarde. Dat kon niet goed gaan en dat was vanaf het begin al te zien.

Pauw benadrukte dat Pechtold was uitgenodigd en Pechtold herhaalde dat zelf ook nog een keer. Dan weet je dat je wordt belazerd met een toneelstukje. Zodra Trump was verkozen gebruikte Pechtold de situatie om leden te winnen. ‘We hebben mensen nodig om ons te verweren tegen ‘Trumpiaanse toestanden’ was ongeveer zijn advertentieboodschap’. Die heb ik deze week al gefileerd als vals, dubbelzinnig en polariserend. Ik ga er van uit dat Pechtold’s optreden bij Pauw een ideetje was van het campagneteam van D’66. Zet Pechtold tegenover de ‘boze burger’ op een manier waarop de boze burger als een onnozelaar geframed kan worden.

Bij zijn introductie vertelde Pechtold dat hij vooral kwam om te luisteren. Maar hij liet van meet af zien dat hij een slecht luisteraar is. Een luisteraar vraagt door, maar Pechtold gooide er meteen een debattruc in. “Geeft u eens een voorbeeld”, vroeg hij. De argeloze ‘boze burger’ trapte meteen in de val en gaf Pechtold de mogelijkheid om het op een welwillende manier (dat wel) te weerleggen. Toen Pechtold de gelegenheid benutte om te vertellen dat veel mensen achterop raakten bij de globalisering, begon het bij mij al te koken. Na zeven minuten raakten de grenzen van mijn zelfbeheersing in zicht. “Klootzak”, riep ik in woede en een moment later raakte de rechterduim van mijn vrouw de uitknop op de afstandsbediening.

Nog nazinderend riep ik tegen mijn vrouw dat het vergelijkbaar was met wat Polen na de wende in 1989 overkwam. De media lieten verpauperde stadwijken en gif uitbrakende industrieën zien. De boodschap was ‘zo ellendig is het Polen onder het communisme vergaan’. Sindsdien riep iedereen: ‘Waarom gaan  jullie zo graag naar Polen?’ En wij maar uitleggen dat Polen voor éénderde uit bos bestaat, prachtige landschappen en mooie oude steden heeft, dat het er stikt van de ooievaars en Nederland bevers en otters uit de vele uitgestrekte en beschermde natuurgebieden van Polen importeert. Maar het grauwe beeld dat de media na 1989 van Polen schetsten, blijft bij velen hardnekkig hangen.

Pauw en Pechtold zijn representatief voor wat er fout gaat in de politiek en bij de media. De gemiddelde burger ligt niet echt wakker van het Haagse kruidenieren met koopkrachtplaatjes. Hij ligt wakker vanwege het voortdurend gesjoemel met waarden en normen als het profijt of geopolitieke belang lonkt, hij ligt wakker omdat het establishment scheldwoorden verzint voor de ‘boze burger’ om hem weg te zetten. Hij ligt wakker van de zelfgenoegzame Pechtolds van deze wereld die hun eigen bubbel aanzien als representatief voor Nederland. Hij ligt wakker omdat het neoliberalisme mensen tegen elkaar opzet en de solidariteit ondermijnt. Hij ligt wakker van mensen die beweren te willen verbinden, maar in feite alleen maar polariseren. Hij ligt wakker omdat je bij de intocht van Sinterklaas door een detectiepoortje moet dat door de ME wordt bewaakt. 

Als Pechtold om een voorbeeld vraagt, zou ik zeggen: “Laten we eens naar mijnheer Pechtold kijken”. Nog steeds de veilingmeester die zich vergenoegd in de handen knijpt als hij weer eens knollen voor citroenen heeft verkocht.


vrijdag 11 november 2016

De bangmakerij voor Trump heeft een dubbele strategie

                                                                     
Wie is er bang voor Donald Trump? En wie maakt ons bang?
 
Er is ons een groot onheil overkomen. Althans, dat is de indruk die ik heb overgehouden uit de kranten en van televisieprogramma’s van de laatste dagen. Een monster heeft de macht in Amerika overgenomen dankzij miljoenen racisten die hem steunen en dat is het einde van de beschaving zoals we die kenden. Mensen die ik aardig vind hoor ik de meest vreselijke dingen zeggen en veel fatsoensrakkers hoor ik zich te buiten gaan aan de meest onfatsoenlijke en haatzaaiende omschrijvingen van de nieuwe president van Amerika.

Sinds ik op jeugdige leeftijd ontdekte dat Sinterklaas niet echt bestond besloot ik me niet meer zo gemakkelijk bang te laten maken en niet meer op voorhand aan te nemen dat wat anderen vertelden ook waar was. Je kunt je afvragen of het hele sinterklaasfeest niet mede de intrinsieke bedoeling had om met je angsten te leren omgaan. Er is maar weinig om echt bang voor te zijn en angst is een slechte raadgever leerde ik van mijn vader.

Als ik alles wat over Trump gezegd wordt terugbreng tot het droge gewicht kan ik hem geen sympathieke man vinden. Ik heb wel sympathie voor veel van de mensen die op hem stemden omdat ze verwachten dat hij taboes zal doorbreken en de gevestigde orde een oorvijg verkoopt. Trump is in ieder geval geen bange man. En omdat hij niet bang is, voelt de gevestigde orde zich door hem bedreigd. Vanwege die bedreiging beginnen ze om zich heen te slaan en het wapen van bangmakerij is een beproefde methode om je te verweren.
De interne werking van bangmakerij
Groepscohesie is het eerste doel van bangmakerij en ontaardt als regel in scapegoating. Bij bangmakerij is het de bedoeling dat de doelgroep zich verenigt in dezelfde opvatting door iets buiten henzelf als bedreiging aan te wijzen. Bij een acute bedreiging neemt de groepscohesie toe, vormt een veilig binnenklimaat en wekt de groep op tot een agressieve houding. Het is precies wat we op dit ogenblik in Amerika zien gebeuren bij de storm van protesten die zich vooral in de grote steden voordoet.

De externe werking van bangmakerij
Bangmakerij heeft ook tot doel om het object van de uit angst voorkomende agressie te bewegen om concessies te doen. ‘Bewijs dat je niet zo slecht bent als wij denken’, is de boodschap. Als die boodschap vat krijgt op het object zal een bijstelling van de aanvankelijke boodschap het gevolg zijn. Er worden concessies gedaan en voor een toekomstige president van Amerika is dat een noodzaak om te voorkomen dat het land volledig verscheurd raakt.
De conclusie van deze dubbele strategie is dat de soep niet zo heet zal worden gegeten als die werd opgediend. Hoe harder het verzet is, des te meer concessies er worden gekregen.
De tweede doelstelling bij de externe werking is zo veel mogelijk sympathie te verwerven voor het eigen standpunt om zo het verzet te vergroten. Het merkwaardige daarbij is dat ook veel mensen die juist belang hebben (of horen te hebben) bij het doorbreken van taboes, vatbaar zijn voor de verspreide angst en zich daardoor als het ware tegen hun eigen belangen keren. Een onderdeel van de bangmakerij is dat u en ik wel heel slechte mensen moeten zijn als we het standpunt van de dominante groep niet delen. Bewust of onbewust laten veel mensen zich daardoor leiden, want wie kan er tegen om als slecht mens te worden aangeduid.

Te veel mensen laten zich bang maken
Het is groepsdruk die mensen verleidt om een zelfstandig oordeel op te geven voor het standpunt dat de groepsleiding prefereert. Hoe dichter men bij de groep staat, hoe meer men zich conformeert. De bangmakers (populisten gaan de zaak overnemen) vormen in Nederland een merkwaardige groep. Leiders van politieke partijen zitten als regel in de voorhoede. Het doorbreken van taboes is een bedreiging voor hun machten invloed en de angst voor het verlies van aanhang. In hun kielzog zijn het de politiek geïnteresseerde journalisten en programmamakers die de taak op zich nemen om de angst te verspreiden. De angst dat de omwenteling in Amerika een doorwerking zal hebben op de situatie in Nederland speelt daarbij een grote rol.

Bangmakerij is een vorm van manipulatie
Uiteindelijk zijn het niet de politici en cartoonisten en journalisten die het meeste belang hebben bij het verwekken van angst en het zaaien van haat. In feite zijn ze ingekapseld in de amorfe groep die die zich het meest bedreigd voelt door veranderingen. Het is de groep die geen belang heeft bij veranderingen en de status quo willen behouden omdat die hun belangen dient.
Het bang maken voor Zwarte Piet met zijn roe en zak is onder druk van het pedagogisch klimaat in de jaren zeventig verdwenen. Ik vraag me af of daardoor minder mensen hebben leren omgaan met angst en met wat anderen ze proberen wijs te maken.
Het doorbreken van taboes is alleen een bedreiging voor de groep die van de status quo profiteert. Daarom is er alle reden om ons niet te laten intimideren en manipuleren. Het doorbreken van taboes is niet het einde van de beschaving zoals we die kennen maar noodzakelijk om de scheef gegroeide verhoudingen weer in balans te brengen.  



woensdag 9 november 2016

De dubbelzinnigheid van D’66-voorman Alexander Pechtold



In de NRC van 9 november 2016 werd de reactie op de verkiezingsuitslag in Amerika als volgt vermeld:

“Het kan een wake-upcall zijn”, zegt Alexander Pechtold (D’66) die “echt beroerd” is van Trumps overwinning maar ook “extra motivatie” voelt om te zorgen dat “angst en verdeeldheid” geen kans krijgen in Nederland.
Heel alert is D’66 wel. Op facebook trof ik hun advertentie met de tekst:
“Wie zwijgt, stemt toe, Wie opstaat, bouwt mee, Stop het populisme, Steun het optimisme, Nu is het moment.”

Clintoniaanser kan het bijna niet, al is het net wat minder erg dan Rutger Bregman die in zijn column op de Correspondent onder de titel: Laat dit in vredesnaam een wake-up call zijn, schrijft: “Dit is het slechtste jaar voor de democratie sinds, ja sinds wanneer eigenlijk, 1933?”.  
Ik heb Pechtold nog wel eens horen zeggen dat de kiezer altijd gelijk heeft, maar voor de afgetekende overwinning van Trump geldt dat deze keer kennelijk even niet. De Amerikaanse kiezers die voor Trump kozen hebben ongelijk, ze zijn populistisch en dragen bij aan angst en verdeeldheid.
Angst
Als er één bang lijkt te zijn, is dat wel Alexander Pechtold. D’66 is onder zijn leiding verbouwd van een bestormer van het vastgelopen democratisch bestel,  tot een belangenbehartiger voor de kiezer die het wat beter heeft getroffen dan de modale kiezer, nog steeds verreweg de grootste groep kiezers in Nederland. Alles wat de D’66-kiezer als zijn belang ziet, wordt door D’66 voorzien van het goedkeurend stempel ‘redelijk’. D’66 draagt er aan bij dat de kloof tussen goed opgeleiden en de rest steeds groter wordt. D’66 wil dat bestrijden door het onderwijs te verbeteren. Dat is natuurlijk een schijnoplossing. Niet voor iedereen is er een universitaire opleiding of HBO-opleiding haalbaar. Waar de VVD de concurrentie met de PVV aangaat en de kiezer voor houdt dat hard werken beloond moet worden, kiest D’66 voor angstzaaien en demoniseren als het om de PVV gaat. Pechtold is de belangrijkste bestrijder van de PVV en dus ook van miljoenen kiezers die in de polls de PVV steunen. Pechtold draagt zo bij aan de verdeeldheid en polarisatie die hij zegt te willen bestrijden.
Verdeeldheid
De modale verdiener en laagverdiener ziet zijn achterstand op de beter betaalden al jaren groeien. Vooral in de publieke en semi-publieke sfeer groeit de omvang van staven ten koste van de uitvoerenden. Het is een van de scheidslijnen die in Nederland groeit. Maar ook zaken als globalisering (waar goed opgeleiden van profiteren en de modale werknemer juist niet), multiculturalisme, politieke correctheid, zorgen voor verdeeldheid waarin D’66 duidelijk positie kiest en zich tegen de groeiende stroom van kiezers keert die daar andere denkbeelden over hebben. D’66 gebruikt (net als GroenLinks) het scheldwoord ‘populisten’. Ze ziet ze als achterblijvers die niet met de moderniteit mee kunnen en daarom boos zijn. Het is een volkomen verkeerde analyse die verdeeldheid veroorzaakt. De verdeeldheid die Pechtold zegt te willen bestrijden, bestrijdt hij met de oproep om te denken zoals D’66 denkt. We moeten optimistischer worden van Pechtold.
Optimisme
Een groeiend aantal kiezers is pessimistisch over de toekomst en ziet het hedendaagse beleid eerder als een bedreiging voor de samenleving dan een winst. Het maar verder uitvloeiend Europese beleid en de met de globalisering samenhangende geopolitieke beleidsargumenten, worden niet gedragen door de modale (en dat zijn de meesten) kiezer. Die heeft zo langzamerhand zijn bedenkingen bij het beleid waarbij de winstkansen voor de Nederlandse economie de belangrijkste drijfveer zijn. Hij ziet dat die ontwikkelingen in belangrijke mate bijdragen aan de uitholling van belangrijke waarden en normen.
Waarden en normen
Ze vormen het weeskind van de politiek die als het er op aankomt liever kiest voor winst en het bijbuigen van waarden en normen als dat noodzakelijk is om de winstkansen te vergroten. De wereld is gevuld met schandalen die grote verontwaardiging oproepen omdat ze een aantasting vormen van levende normen en waarden. Als D’66 het serieus meent met het terugdringen van de verdeeldheid, ligt daar een grote kans. Een meer conservatieve benadering van normen en waarden en de aandacht voor de handhaving van normen en waarden is de belangrijkste trend in het politieke landschap. Ik voorspel dat Pechtold gaat struikelen over zijn beleid van het laatste decennium want, als ik me niet vergis bevinden zich onder zijn aanhang ook weldenkende mensen, die anders dan Pechtold, niet denken dat het redelijk en fatsoenlijk is om alleen maar ja te zeggen als het in het belang is van de beter verdienenden en hun daar aan verbonden inzichten.
Dubbelzinnigheid
De dubbelzinnigheid van Pechtold is wat mij betreft onverdragelijk, juist vanwege zijn bijdrage aan het verspreiden van angst en aan de groeiende verdeeldheid. De stroming in het Westen waarvan de verkiezingsuitslag in Amerika een symptoom is, vormt een bedreiging voor de Pechtolds van deze wereld. Ze zien hierin het einde van de beschaving zoals we die kennen (Helen Mees), maar bedoelen eigenlijk dat hun wereld bedreigd wordt. Hun duiding van de Amerikaanse verkiezingsuitslag is arrogant en dubbelzinnig. Terwijl hun uitingen alleen de eigen beschermde wereld betreffen, doen ze het voorkomen alsof het voor de hele wereld geldt. Hun bedreigers heten ‘populisten’, een scheldnaam voor mensen die het anders zien dan het D’66 van Pechtold.