dinsdag 17 oktober 2017

We moeten bejaardenverzorgsters invliegen uit Turkije en Marokko

                                                                      
Hun kinderen hebben geen ruimte en geen tijd voor hen

De oproep is afkomstig van Mohammed Benzakour, een in Nederland opgeleide socioloog en gelauwerd schrijver van Marokkaanse afkomst. De oproep is gepubliceerd in de NRC van 13 oktober 2017.

“Over het multiculturele zorgdrama heb ik al eerder de noodklok geluid”, schrijft Benzakour, “de goeddeels bejaarde eerste generatie kampt in toenemende mate met ernstige kwalen en kwellingen maar een goede, passende oudedagsvoorziening ontbreekt botweg. En de kinderen betalen een hoge tol”.
Eerder schreef Benzakour al over zijn moeder  als enige Marokkaanse in een verpleegtehuis. “Niemand snapte haar, zij snapte niemand”. Ze knapte op van Marokkaans eten dat daar naar binnen moest worden gesmokkeld. Het is het portret van een niet geïntegreerde vrouw die nauwelijks een woord buiten de deur spreekt en geen spruitjes blieft.

In zijn oproep beschrijft Benzakour het culturele drama rond de verouderende eerste generatie migranten. “Complicerende factor is dat bij moslimfamilies op opname een lijvig taboe rust. Anders dan hier in het Westen is het in moslimculturen zowat blasfemisch om je ouders in een verpleeginrichting te ‘dumpen’. Een schanddaad. Hier spreekt het Elfde Gebod: „Als jij jong en kwetsbaar bent, zorgen je ouders voor jou; als zij oud en kwetsbaar zijn, zorg jij voor hen.”. Complicerend is dat de gemiddelde woning in Nederland niet is ingericht op het huisvesten van meerdere generaties. Daarnaast werken bij jonge stellen man en vrouw in toenemende mate buitenshuis en houden daardoor weinig tijd over voor de zorg voor hun behoevende ouders.

Benzakour verwijt het de migrantengemeenschappen dat ze hebben zitten slapen en deze problemen niet voorzien hebben. Er zijn geen bejaardenhuizen die zich richten op deze groepen. Dat is waar. Er wordt heel wat meer energie gestoken in de bouw van moskeeën dan in de zorg voor de eigen ouderen. De ouderen hebben verwachtingen die de jongeren vaak niet kunnen waar maken. Het is een aspect van het multiculturele drama dat zich hier ontvouwt.

Benzakour denkt het probleem op te lossen door het invliegen van Marokkaanse en Turkse mantelzorgers die bij de ouderen gaan inwonen en de zorg voor hen op zich nemen. Het is de verkeerde oplossing voor een lastig probleem. Kijk rond in verpleegtehuizen en bejaardenvoorzieningen en tel eens op hoeveel migrantenkinderen daar werken. Het zijn er weinig, veel te weinig. Het is weer een cultureel probleem dat hier een rol speelt. Het lichamelijk verzorgen van anderen dan eigen familieleden past niet in de cultuur die migranten uit hun thuisland meenemen. Voor de echt religieuzen onder hen geldt bovendien nog dat niet-moslims ‘onrein’ zijn.

Er is maar één denkbare oplossing en dat is de focus op integratie. Ouderen uit migrantenculturen komen nu eenmaal terecht in ziekenhuizen, revalidatiecentra en verpleegtehuizen waar de Nederlandse cultuur leidend is. ‘Wen er maar aan’, zou de boodschap aan migrantengemeenschappen moeten zijn. Bereidt je ouders er op voor en vooral: steek een hand uit. Het is niet acceptabel dat er uit migrantengemeenschappen zo weinig verpleeg(st)ers en bejaardenverzorg(st)ers voortkomen. Je komt ze wel tegen achter de balie, in laboratoria, maar nauwelijks in de patiëntenzorg.  De Nederlandse regering mag ze best aanmoedigen. Geef ze een bonus als ze drie jaar het werk hebben gedaan waar in hun cultuur nog een taboe op rust.


woensdag 4 oktober 2017

NOS koos de term ‘witte man’ bewust


De polarisatie in Nederland gaat ook over het gebruik van woorden. Het NOS-journaal benoemde de moordenaar van Las Vegas als een ‘witte man’. Het bracht de poppen aan het dansen en menig bekende Nederlander noemde het racistisch woordgebruik.
De Volkskrant sprak in de persoon van Haro Kraak met Marcel Gelauff als hoofdredacteur van het Nos-nieuws. Na aanvankelijke verontschuldigingen, het was haastwerk en het gebruik van de juiste woorden is een complexe aangelegenheid, gaf hij uiteindelijk toe dat het een bewuste keuze was.

Als voorbeeld noemt hij de keuze voor 'wit' in plaats van 'blank'. 'Ons bereikten de afgelopen jaren geluiden dat blank de associatie oproept met rein, waardoor zwart direct onrein zou zijn. Wit is een neutralere term en daarom kiezen we daarvoor.'

Het is in ieder geval een pluspunt dat Gelauff met minder meel in de mond spreekt dan de gemiddelde VVD-minister. Wat hij echter hier zegt is verbijsterend.

NOS wil de term 'blank' niet meer gebruiken omdat bij de NOS geluiden zijn binnengekomen dat de term omstreden is omdat hij zou verwijzen naar ‘rein’ en dat zou inhouden dat iedereen die niet blank is automatisch ‘onrein’ zou zijn. Het verbijsterende zit hem echter in het feit dat in de Nederlandse cultuur juist ‘wit’ wordt geassocieerd met rein, onschuldig en schoon. ‘Wit’ is in feite dus ook als een schuldige term te zien.

De onzinnige redenering van Gelauff is echter minder onzinnig dan het op het eerste gezicht lijkt. Het zijn de minderheidsgroepen die een voorkeur hebben voor de aanduiding ‘wit’ boven die van blank. De laatste is ingeburgerd, ‘wit’ is dan ook als een provocatie en beschuldiging bedoeld. De NOS kiest voor de overgevoeligheid van minderheidsgroepen en gaat daarmee naast ze staan. De NOS schoffeert daarmee de grootste groep die nog naar het journaal kijkt, de oudere autochtoon.

Het niet zo onschuldige voorbeeld van hoe het NOS-journaal het nieuws duidt, staat niet op zichzelf. Was het racistisch, zoals sommige reageerders beweren? Die term moet met voorzichtigheid worden gebruikt. Maar het valt niet te ontkennen dat de blanke bij minderheden een verachtelijk fenomeen is als hij niet aan hun kant staat.
De NOS gaat met haar keuze aan de kant van minderheden staan. Ze had ook kunnen zeggen: ‘stop nou eens met dat overgevoelig reageren. Blank is ingeburgerd en als je dat niet bevalt, moet je maar niet kijken. Dat heeft de NOS niet gedaan. In plaats daarvan werkt ze op een ondoordachte wijze mee aan de polarisatie. De NOS staat daarin niet alleen. Bij alle mainstream media is de worsteling met woorden en zienswijzen terug te vinden. Daarin volgen ze niet de opvatting van de gemiddelde Nederlander die voor integratie kiest. In plaats daarvan lijken ze te kiezen voor de missionaire taak om de diversiteit, een nieuw woord voor multiculturaliteit, aan de man te brengen. 

Ze hadden ook voor integratie kunnen kiezen!






Een vreemde verwarrende Volkskrant vandaag


Geen verhaal (wel een foto) van de afgetreden Hennis op de openingspagina van vandaag. Het verhaal over Hennis heeft moeten wijken voor een juichverhaal over de succesvolle werving van agenten uit migrantengroepen. Op de bovenrand van de koppagina een verwijzing naar de column van Heleen Mees met het citaat: “De meeste kiezers beseffen niet dat een stem op rechts de mond voedt die je bijt.” In haar column verdedigt Mees de stelling dat de kiezer vanwege diens xenofobie voor rechts kiest waardoor ‘links’ z’n gang niet kan gaan met het verkleinen van de inkomensverschillen. De twee meest vreemde artikelen zijn echter te vinden op de Opinie & Debatpagina waarin een voetballer met Marokkaanse roots wordt opgeroepen om voor het nationale elftal van Marokko te kiezen. Op de sportpagina gaat het om dezelfde voetballer, maar nu met een pleidooi om meer te investeren in Marokkaanse voetballers met een Nederlands paspoort omdat het goed is voor het Nederlandse elftal. Dat klinkt nogal opportunistisch.

Heleen Mees
Het is maar een column van Heleen Mees (plusartikel!). Maar je krijgt natuurlijk geen column in de Volkskrant als je geen belangwekkende mening hebt. Een verwijzing op de koppagina geeft het signaal dat het zelfs om een zeer belangwekkende mening gaat. Mees heeft het fout. Het is niet xenofobie die de kiezer naar rechts drijft. Het is zijn zorg over de omvangrijke bijwerkingen van het migratiebeleid zoals dat onder meer zichtbaar wordt in de mislukte integratie. Daar ligt de belangrijkste reden om links te mijden. ‘Kies voor je centen’, roept Mees in feite. Maar kennelijk vindt de kiezer dat net even minder belangrijk. Heeft links dat signaal begrepen? Dat lijkt er voorlopig niet op.

Diversiteitsbeleid is geen rocket science
De uitspraak van landelijk portefeuillehouder Diversiteit, Peter Slort, is nogal dom. Al borstkloppend mag hij op zowel de koppagina als twee binnenpagina’s zijn succes bij de werving van allochtone agenten melden. Niemand vraagt hem hoe lang ze daarna blijven. Daar zit echter wel het probleem. Allochtone agenten stromen als regel weer snel uit en cultuurverschillen zijn de belangrijkste reden. Een zojuist door Minister Blok vrijgegeven rapport over de gang van zaken binnen de politie (lezen!), heeft de krant nog niet gehaald. De conclusies uit dat rapport komen nagenoeg overeen met de conclusies van het rapport waar Hennis over is gestruikeld. De ‘cando-mentaliteit’ heerst ook bij de politie. Dat Slort diversiteitsbeleid geen rocket science vindt, wijst op een volkomen onderschatting van de problemen. Het is immers veel gemakkelijker om een astronaut op de maan te krijgen dan de integratie te laten slagen. Ik kom er nog eens uitgebreid op terug.

Maak ons trots, kies voor Marokko
Sofyan Amrabat moet voor het Marokkaanse elftal gaan spelen, vindt sportverslaggever Nordin Ghoudani. Het Nederlandse elftal stelt niks meer voor, dus kan je beter je kansen pakken in Marokko, is een van zijn argumenten. Maar dat is niet alles. “Laten we gewoon zeggen waar het op staat. Als we precies in dat hokje passen, waar eigenlijk niemand in past, zijn we Nederlander, maar anders niet. Dus je geloof, je cultuur, je identiteit uit het raam gooien, ja dan ben je Nederlander, als je ‘geluk’ hebt”.
Die uitspraak biedt een aardig inkijkje in de denkwereld van Marokkaanse allochtonen. Het klopt met het verhaal op de sportpagina’s (plusartikel!). Waar Sofyan Ambarat uiteindelijk voor kiest wordt mede beslist door zijn familie in Marokko. Zo gaat dat in een tribale wereld. Iedereen bemoeit zich met je omdat je keuze van invloed is op de reputatie van je familie en die gaat boven alles. Het is ook een les voor politieofficier Peter Slort. Als je een allochtone agent werft, krijg zijn (groot)familie, vrienden en kennissen er bij. Neem het daar maar eens tegen op.

Missie
De Volkskrant heeft een missie. Dat is wel duidelijk. Hoeveel lezers in die missie geloven is niet helder. Waarschijnlijk steeds minder


maandag 2 oktober 2017

Vanaf vandaag is de republiek Louter een feit


Het sluimerde al een tijdje. De Catalaanse opstand was echter de trigger om er nu eens werk van te maken. In huize Louter heeft gisteravond een heus referendum plaatsgevonden. Om ingrijpen te vermijden hebben we dat in alle stilte gedaan. Na het tellen van de stemmen was er maar één conclusie mogelijk. Met onmiddellijke ingang verklaren wij ons onafhankelijk van het koninkrijk de Nederlanden en hebben wij een eigen republiek gesticht.

Eigenlijk waren we het al eerder van plan. Zeg maar vanaf het moment dat Maxima verklaarde dat we geen identiteit hadden. Na de onachtzaamheid waarmee onze nee-stem bij het Oekraïne-referendum was behandeld, zagen we definitief geen toekomst meer in onze verbintenis met het koninkrijk. Nadat het koninkrijk’s parlement ook nog een streep haalde door de wet voor een verbindend referendum waren we er helemaal klaar mee.

Praktische bezwaren weerhielden ons van het uitschrijven van bindend referendum. De burgerlijke ongehoorzaamheid van de Catalanen verdiende echter solidariteit en hoe konden we die beter vormgeven dan onszelf ook onafhankelijk te verklaren van dit benauwde koninkrijk.

Ons referendum was geïmproviseerd, maar wel geldig. De stembiljetten waren snel gedrukt en een vaas diende als stembus. Er was geen internationaal toezicht. Dat was een bewuste keuze. Je kunt jezelf wel onafhankelijk verklaren, maar dat wordt pas een feit als er internationale erkenning voor komt. Dat was al zo na het Plakkaat vanVerlatinghe. Er was een langdurige oorlog voor nodig om de omringende naties hun geopolitieke overwegingen te laten herzien. Voor ons geen oorlog. De krimping van ons persoonlijk inkomen dwongen ons tot bezuinigingen waardoor een oorlog buiten de mogelijkheden van ons budget valt. We doen het met diplomatie.

Als onafhankelijke republiek gaan we ons inzetten voor de liberalisering van het burgerschap. We laten ons door niemand meer de wet voorschrijven. In plaats daarvan kan iedereen zijn eigen wetgeving samenstellen en zich daaraan ondergeschikt verklaren. Wij kiezen voor de inkomenswetgeving van Monaco, de benzineprijzen van Luxemburg, de sociale wetgeving van Zweden, de referenda van Zwitserland, het Brexit van Groot-Brittannië, het klimaatstandpunt van Trump, de keuken van Frankrijk  het aantal vakantiedagen van Italië en de pensioenen van Griekenland.  Per jaar bekijken we de samenstelling van ons pakket. Aan die identiteit kan Maxima nog een puntje zuigen.

We hebben er een goed gevoel over. Met ingang van heden zijn we verlost van de deelname aan verkiezingen in het land dat voor ons steeds vreemder voelt. We nemen afscheid van het betuttelende partijkartel waarvan we nooit het gevoel hadden dat we erbij hoorden. We doen niet meer aan Europa want we hebben er een hekel aan dat te kromme komkommers naar derde wereldlanden worden geëxporteerd.

We betalen geen belasting of premies meer. Voor zover we betalen, zien we dat als een contractuele vergoeding voor door het koninkrijk verleende diensten. Het is prettig om een onafhankelijke republiek te zijn. We bepalen nu zelf wie er binnen mogen komen en wie er mee mogen eten.

Natuurlijk gaat binnen onze eigen republiek nog niet alles van een leien dakje. De presidentskeuze is nog omstreden en over de verdeling van regeringstaken is nog veel overleg nodig. Maar één ding staat vast. We geven onze onafhankelijkheid nooit meer op. Het koninkrijk de Nederlanden heeft bij ons niet meer te vertellen dan wijzelf toestaan.