Pauw hielp gisteravond Pechtold met het maken van zijn punt |
Kijken naar Pauw is tegenwoordig slecht voor mijn humeur.
Omdat ik ook nog regelmatig de neiging heb om dingen naar het geheel onschuldige TV-apparaat te
gooien, werd het onvermijdelijk om te besluiten het kijken naar Pauw uit het
dagelijks ritueel te bannen. Bevalt me goed.
Gisteravond won mijn nieuwsgierigheid het echter van mijn
weerzin. Aangekondigd was dat Pauw Pechtold had uitgenodigd om in discussie te
gaan met de ‘boze burger’. Daar reken ik mezelf ook toe. Kijken hield wel een
risico in. Pechtold werkt op mij als een rode lap op een stier.
Voorzichtigheidshalve bereidde ik me voor door alles waarmee ik kon gooien
buiten mijn bereik te plaatsen. De afstandsbediening vertrouwde ik aan mijn
vrouw toe met de afspraak dat ze de TV uit zou zetten vanaf het moment dat ik zou gaan vloeken. Dat is als regel ook
het moment waarop ik al mijn zelfbeheersing te hulp moet roepen om niet met
dingen te gaan gooien.
Eigenlijk had ik niet moeten kijken. Na de intro van Pauw ‘we
gaan beginnen’, zag ik al dat het fout zat. Na zeven minuten begon ik te
vloeken en toen ging de TV uit. Geen schoen naar het scherm gegooid, maar mijn
humeur stond vanaf dat moment lager dan het Amsterdams Peil. Die zeven minuten
waren voldoende om te constateren dat de arbeidersomroep die de VARA in een ver
verleden was niet meer van de arbeider en de boze burger houdt.
Het begon al met de casting. De VARA heeft kennelijk het
idee dat de ‘boze burger’ bestaat uit een groep van laag opgeleiden die niet
goed uit hun woorden kunnen komen en soms verwerpelijke ideeën hebben. De drie
uitgenodigden waren bepaald niet representatief voor wat men onder de ‘boze
burger’ verstaat. Hier was dus sprake van beeldmanipulatie. Geen mensen waarmee
de gemiddelde ‘boze burger’ zich kan identificeren. Daar zet je dan Pechtold als
gewiekste debater tegenover en dat is ongeveer te vergelijken met Cruyff laten
pingelen tegen een door reumatiek verstijfde bejaarde. Dat kon niet goed gaan
en dat was vanaf het begin al te zien.
Bij zijn introductie vertelde Pechtold dat hij vooral kwam
om te luisteren. Maar hij liet van meet af zien dat hij een slecht luisteraar
is. Een luisteraar vraagt door, maar Pechtold gooide er meteen een debattruc
in. “Geeft u eens een voorbeeld”, vroeg hij. De argeloze ‘boze burger’ trapte
meteen in de val en gaf Pechtold de mogelijkheid om het op een welwillende
manier (dat wel) te weerleggen. Toen Pechtold de gelegenheid benutte om te
vertellen dat veel mensen achterop raakten bij de globalisering, begon het bij
mij al te koken. Na zeven minuten raakten de grenzen van mijn zelfbeheersing in
zicht. “Klootzak”, riep ik in woede en een moment later raakte de rechterduim
van mijn vrouw de uitknop op de afstandsbediening.
Nog nazinderend riep ik tegen mijn vrouw dat het
vergelijkbaar was met wat Polen na de wende in 1989 overkwam. De media lieten
verpauperde stadwijken en gif uitbrakende industrieën zien. De boodschap was ‘zo
ellendig is het Polen onder het communisme vergaan’. Sindsdien riep iedereen: ‘Waarom
gaan jullie zo graag naar Polen?’ En wij
maar uitleggen dat Polen voor éénderde uit bos bestaat, prachtige landschappen
en mooie oude steden heeft, dat het er stikt van de ooievaars en Nederland
bevers en otters uit de vele uitgestrekte en beschermde natuurgebieden van Polen
importeert. Maar het grauwe beeld dat de media na 1989 van Polen schetsten, blijft
bij velen hardnekkig hangen.
Pauw en Pechtold zijn representatief voor wat er fout gaat in de politiek en bij de media.
De gemiddelde burger ligt niet echt wakker van het Haagse kruidenieren met
koopkrachtplaatjes. Hij ligt wakker vanwege het voortdurend gesjoemel met
waarden en normen als het profijt of geopolitieke belang lonkt, hij ligt wakker
omdat het establishment scheldwoorden verzint voor de ‘boze burger’ om hem weg
te zetten. Hij ligt wakker van de zelfgenoegzame Pechtolds van deze wereld die
hun eigen bubbel aanzien als representatief voor Nederland. Hij ligt wakker
omdat het neoliberalisme mensen tegen elkaar opzet en de solidariteit
ondermijnt. Hij ligt wakker van mensen die beweren te willen verbinden, maar in
feite alleen maar polariseren. Hij ligt wakker omdat je bij de intocht van
Sinterklaas door een detectiepoortje moet dat door de ME wordt bewaakt.
Als
Pechtold om een voorbeeld vraagt, zou ik zeggen: “Laten we eens naar mijnheer
Pechtold kijken”. Nog steeds de veilingmeester die zich vergenoegd in de handen
knijpt als hij weer eens knollen voor citroenen heeft verkocht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten