zaterdag 19 november 2016

Het is de ‘politieke correctheid’, stupids!

                             
Martin Sommer, de 'nieuwe realist'


Iedere morgen word ik letterlijk en figuurlijk weer wakker met het lezen van de Volkrant. De krant die gevuld wordt door een redactie die geen lef heeft om buiten de (geo-)politieke correcte lijntjes te denken. En als een redacteur dat wel doet, loopt Bert Wagendorp met een rooie kop naar de hoofdredactie om briesend diens ontslag te eisen. Het overkwam Martin Sommer, maar de hoofdredactie heeft hem desondanks gehandhaafd. Iedere zaterdag kijk ik uit naar zijn column die gekenmerkt wordt door het ‘nieuwe realisme’, een opbeurende en verfrissende  oase in de woestijn van politieke correctheid.

Vandaag heeft Sommer het over het kuddegedrag van parlementsleden die gehouden zijn zich aan de partijlijn te houden. Als voorbeeld geeft hij de VVD-fractie die eigenlijk tegen het steunpakket aan Griekenland wilde stemmen en dat niet mocht van premier Rutte (die eerder in de verkiezingsstrijd had aangekondigd: ‘geen cent voor de Grieken’). Sommer zou met een analyse van het kuddegedrag van journalisten en opiniemakers een mooi vervolg op die column kunnen schrijven. Journalisten en opiniemakers hebben geen last van Rutte, maar wel van de politiek correcte bovenlaag die hen dwingt om binnen de lijntjes te blijven.

Naast de column van Martin Sommer, staat een officieel Volkskrantcommentaar over het ‘Zelfonderzoek bij de publieke omroep’. Als ik daar aan begin wordt de Volkskrant weer een sparringpartner die het verzet in mij oproept. “Goede journalisten stellen ook ongemakkelijke vragen”, staat er in dat hoofdcommentaar. Dat menig journalist zich bij zo’n zin zal afvragen: ‘oké, maar als ik dat doe, beschermt mijn baas me dan ook omdat ik volgens collega’s buiten de lijntjes pies?’. Zo diep gaat het Volkskrantcommentaar niet. Bij een andere zin in het commentaar kreeg ik acuut nieuw-realistische kriebels. “Nieuwsmedia hebben in de eerste plaats een hygiënische functie. Ze moeten zin en onzin van elkaar scheiden. Daartoe moeten alle feiten en beweringen kritisch onder de loep worden genomen”. Zo te lezen, weten ze wel hoe het zou moeten. Maar waarom doen ze dat dan niet? De hygiëne waarover in dit commentaar wordt gesproken is in de media opvallend afwezig. Het lijkt er eerder op dat onder hygiëne wordt verstaan: de lezer het juiste (politiek correcte) laten denken. De opvoedende taak van de media roept bij mij het beeld van een nationale voorganger in het politiek correcte denken op. Geert Mak is zijn naam (en Peter R. de Vries zijn pappagaai). Geert Mak ligt ’s nachts wakker van de ‘vertrossing’ van Nederland, zoals zijn politiek correcte bentgenoten wakker liggen van de ‘onderbuik’ van Nederland. ‘Vertrost’ Nederland moet tegengas krijgen en het politiek correct denken is daarvoor het aangewezen medicijn.

Een voorbeeld. De Volkskrant heeft vandaag weer een paginagroot artikel over een vluchtelingengezin. Het is er een uit een reeks. De reeks heeft geen andere bedoeling dan de lezer te laten sympathiseren met vluchtelingen. De lezer moet worden weggehouden bij verkeerde gedachten. Bijvoorbeeld bij de vraag: ‘zijn het oorlogsvluchtelingen of economische migranten? Helemaal geen gekke vraag. Frans Timmermans (ja, die) opperde al eens dat waarschijnlijk zo’n zestig procent geen oorlogsvluchteling genoemd kan worden. Recent onderzoek komt op een percentage van 13% vluchtelingen die een oorlog gerelateerd vluchtmotief hebben. Dat is niet het beeld dat de media en belangenorganisaties als Vluchtelingenwerk schetsen. Het zijn allemaal oorlogsvluchtelingen is  het verhaal. Wie bezwaren maakt tegen de grote vluchtelingenstroom wordt geportretteerd als een slecht mens.

“Goede journalisten stellen ook ongemakkelijke vragen”, stond er in het hoofdcommentaar van de Volkskrant van vandaag. Als het om de ongemakkelijke vragen over de vluchtelingenproblematiek gaat, moet ik zo’n journalist nog tegenkomen. Ze mijden die vragen want anders worden de Bert Wagendorpen van deze wereld weer boos. In het land worden die vragen wel gesteld. Ze worden niet altijd even eloquent verwoord. Ze worden genegeerd en de vragenstellers worden door de media op een negatieve wijze weggezet als waarschuwing voor de rest van de bevolking: ‘als je zo denkt, ben je een verdacht mens’.

In dezelfde Volkskrant staat een omvangrijk interview met Paul Cliteur, een van de weinigen die moed had om een tegengeluid te laten horen in de Wildersproces. Er waren twee uitspraken die me troffen. Op de vraag: “Viel het u zwaar om te getuigen? ”, antwoordt hij in alle oprechtheid:
”Net als ieder ander word ik niet graag impopulair, niemand vervreemdt zich graag van zijn omgeving. Wilders is in bepaalde kringen zo’n boeman. Dus ik heb ook gedacht: laat deze beker aan mij voorbij gaan. Maar anders dan sommige anderen die zijn gevraagd, heb ik het grootste gedeelte van mijn loopbaan achter mij. Ik ben 61, ik kan het me makkelijker veroorloven dan iemand die nog aan het begin van zijn carrière staat.” Cliteur durft de ongemakkelijke vragen wel aan: “Over tien jaar wil ik niet voor de spiegel staan en tegen mezelf zeggen: je wist het wel, maar je durfde het niet te zeggen, want zoiets valt slecht…”.
Paul Cliteur

Twee zinnen die er bij mij inhakken. Een paar centimeter tekst die haarscherp weergeeft waar het in gepolariseerd Nederland aan schort. De ongemakkelijke vragen kunnen alleen worden gesteld door mensen die niets meer te vrezen hebben omdat ze aan het eind van hun carrière zitten, financieel onafhankelijk zijn of al met pensioen. De meeste mensen die de media, de universiteiten en de politiek bemannen leven onder de dictatuur van de politieke correctheid. De opvoedende waarheid die de werkelijkheid overdekt met wat je als ‘deugdzaam’ mens hoort te denken. Inmiddels ben ik toe aan mijn conclusie over het redactioneel commentaar van de Volkskrant: volstrekt hypocriet! Deugdzame mensen zijn mensen die ongemakkelijke vragen durven te stellen en door schijnvertoningen heen prikken. In de samenleving van vandaag zijn dat helaas ook de mensen die bescherming nodig hebben en als regel niet krijgen. Nagenoeg iedereen is bang gefileerd te worden door de wraakgierige politiek correcte meute die haar schijnwaarheden beschermt tegen moedige mensen.

Dit land lijdt aan een overmaat aan politieke correctheid, aan de dictatuur van politieke correctheid, aan de angst die politieke correctheid inboezemt. Dit land lijdt aan de Geert Makken en Bert Wagendorpen die het benoemen van de realiteit niet als deugd zien. Politieke correctheid veroorzaakt polarisatie met haar gemoraliseer. Politieke correctheid dwingt mensen hun mond te houden. Er zijn maar weinig Paul Cliteurs en Martin Sommers. 

Kranten, media en universiteiten worden weer betrouwbaar als ze de werking van politieke correctheid hebben geanalyseerd en de polariserende werking daarvan hebben uitgeschakeld.

Geen opmerkingen: