tribale cultuur is in deze tijd onzichtbaar geworden |
Onder de kop “Koloniale
termen in de krant: Tarzan en Kuifje ontmoeten de taalpolitie” gaat de
ombudsman van de NRC in op de klacht van een lezer die bezwaar heeft tegen de
termen ‘tribaal’ en ‘tribalisme’. Sjoerd de Jong, want zo heet die ombudsman,
besluit dat het een postkoloniale term betreft die beter vermeden kan worden.
Je kunt er ‘omheen’ schrijven. De term is taboewaardig.
En hij motiveert: “Mij
lijkt het probleem met ‘tribaal’ en ‘tribalisme’ vooral dat die termen huis-
tuin- en blog-jargon zijn geworden voor wie met een air van belezenheid
moslims, Afrikanen of anderen wil wegzetten als primitief en een héél ander
soort mensen. Niet voor niets zijn het in de Europese geschiedenis vooral de
Germanen die stammen hadden, ‘barbaren’ tenslotte.” Dat is een interessante
zin. Er zit een ‘ja, maar…’in: Europa was ook tribaal in het verleden. Er zit
ook iets neerbuigends in die zin: ‘dat
die termen huis- tuin- en blog-jargon zijn geworden voor wie met een air van
belezenheid moslims, Afrikanen of anderen wil wegzetten als primitief en een
héél ander soort mensen’.
In zijn column maakt Sjoerd de Jong een rondje langs
correspondenten en die blijken allemaal op één na, termen als ‘tribaal’ en ‘tribalisme’
te mijden. Dus is het tijd geworden om ook in de NRC dat soort termen te
dumpen. Ze behoren niet tot het beschaafd taalgebruik en de NRC wil vooral ‘beschaafd’
blijven. Daarom begint ze ook steeds vaker op het zeer politiek correcte D’66
te lijken.
Europa was bij het begin van de jaartelling zeker tribaal. Wie
aan de hand van Adrian Goldsworthy de verovering van
Europa door Ceasar volgt, komt in een Europa waarin het recht van de
sterkste bestond en sterke stammen de minder sterke verdreven. Ceasar bestreed
die tribale cultuur omdat die het door hem nagestreefde Romeins gezag bemoeilijkte.
Na de instorting van het Romeins gezag gingen kerk en adel verder met de
bestrijding van de tribale cultuur, waarvan de laatste resten (eerwraak
bijvoorbeeld) zo rond de vijftiende eeuw waren verdwenen. In andere delen van
de wereld bleef de tribale cultuur bestaan en vormt de belangrijkste organisatievorm
en cultuur van de betreffende samenleving.
In Europa dwongen kerk en adel de bevolking tot het erkennen
van het gezag van de overheid en van de kerk (god) waardoor een individuele
verantwoordelijkheid ontstond. Er ontstond daardoor een schuldcultuur. In de
regio’s met een tribale cultuur heeft die ontwikkeling veel minder plaats
gevonden omdat de wereldlijke en religieuze elite onderdeel bleven van de
tribale cultuur. Tribale cultuur verzet zich tegen het staatsgezag, tenzij de dominantste
stam de andere stammen onderwerpt zoals in Saoedi-Arabië, Irak (onder Saddam
Hoessein), Syrië onder de Assad-dynastie en Libië onder Khadaffi.
De tribale cultuur kenmerkt zich met name door de
groepsidentiteit. Je behartigt de belangen van de stam (clan en familie) en de
stamt beschermt je. Tot de tribale cultuur behoren dan ook eer en schaamte als
onderdelen van die cultuur. Vluchtelingen uit Irak, die ik sprak, wezen vooral
op de onderlinge begunstiging als de belangrijkste zwakte van de tribale
cultuur. Wie toegang heeft tot macht en geld wordt geacht zijn familie, clan en
stam daarvan mee te laten profiteren. Het benoemingsbeleid bij overheden en
bedrijfsleven gaat niet in de eerste plaats om kennis en ervaring, maar om
tribale verbanden.
‘Tribaal’ is een term uit de antropologie. Tegenwoordig is antropologie
wetenschappelijk nog nauwelijks serieus te nemen omdat ze van alle
menswetenschappen het sterkst lijdt onder de postmoderne beschavingscensuur.
Deze trend is in belangrijke mate veroorzaakt door het activisme van Edward Said die de
westerse wetenschappen van ‘orientalisme’ en
postkolonialisme beschuldigt. Het gevolg was dat men zich in de westerse
wetenschappen schuldig voelde en het kind met het badwater weggooide.
Tegenwoordig zijn er steeds meer kritische stemmen die zich tegen Said keren. Aan
Wikipedia ontleen ik er een aantal:
Prof. Herbert Berg stelde dat
Saids werk ertoe heeft geleid "dat er een angst is ontstaan om pijnlijke
vragen te stellen en te beantwoorden die mogelijk gevoelig liggen bij
moslims". Prof. Stephen Humphreys stelt
dat Saids analyse van oriëntalisme overtrokken is, op een bepaalde wijze
misleidend en zijn werk Oriëntalisme als
intellectuele geschiedenis zeker een gemankeerd werk is. Humphreys argumenteert
dat nog meer te veroordelen is dat Saids werk zelfs het idéé van modernisering
van de Midden-Oosterse samenlevingen ontmoedigt. "Op
een ironische wijze moedigde het islamitische activisten en militanten aan die
op dat moment net begonnen de politieke arena te betreden."
De angst heeft ook bij de NRC toegeslagen, de term ‘tribaal’
is taboe geworden. De tribale cultuur blijft weliswaar gewoon bestaan, maar
omdat er mensen en groepen zijn die zich daardoor kennelijk beledigd voelen,
vindt men het bij de NRC beschaafder om de term te mijden. Ze ontneemt zichzelf
en de lezer daarmee belangrijk gereedschap om de wereld te kennen en te begrijpen.
Wie bij de term ‘tribaal’ nog denkt aan vreemd uitgedoste
dansende negers, verdient de hoon van de NRC. Wie begrijpt dat in grote delen
van de wereld de tribale cultuur met zijn nepotisme en corruptie een vloek is
voor de samenleving en de ontwikkeling daarvan belemmert, kan zijn abonnement
op de NRC maar beter opzeggen. De krant acht zich tegenwoordig te beschaafd om
de realiteit met de juiste termen te benoemen.
Wie echt wil weten hoe het zit, leze ‘Culture
and Conflict in de Middle East’, van Philip Carl Salzman, die na twintig
jaar veldwerk een uitnemende beschrijving heeft gegeven over hoe de tribale
cultuur werkt en stammen zich tot elkaar verhouden. Het is nog steeds niet in
het Nederlands vertaald. Dat heeft beslist te maken met het taboe waar nu ook
de NRC zich onder leiding van haar ombudsman toe heeft bekeerd.
De NRC onderschat haar lezers!
1 opmerking:
De ombudsman heeft me laten weten dat het pas een taboe is als de hoofdredactie zijn mening officieel deelt.
Een reactie posten