Rituele onderwerping |
Regelmatig plaag ik haar dat ze in haar stamboom een
Nederlandse voorouder moet hebben gehad. Ze komt uit het Midden-Oosten, is hoog
opgeleid en eigenzinnig. Ze verdient haar eigen brood en is daar trots op. Ze
is helemaal van: ‘leer de taal, wees eerlijk en neem geen schotel’. Ze kan zich
groen en geel ergeren aan land- en geloofsgenoten die nog steeds denken dat hun
thuiscultuur superieur is aan de West-Europese cultuur. Van haar heb ik geleerd
dat liegen een onderdeel is van de moslimse cultuur. Kinderen leren dat al
vroeg van hun ouders. Er moet een reputatie in stand worden gehouden en het
verschil tussen binnen en buiten wordt overbrugd door leugens. De schone schijn
moet worden verdedigd.
Haar vraag: “Waar komt jullie vrijheid vandaan”, is al
wekenlang een gespreksonderwerp. De voor de hand liggende antwoorden hebben we
achter de rug. Geen daarvan is echt bevredigend. Achter iedere verklaring ligt
er weer een nieuwe vraag. Tegenwoordig hebben we het vaak over de jaren zestig
waarin de Nederlandse bevolking zich bevrijdde van de patriarchale hiërarchie. Haar
vraag is begrijpelijk. Er is een groot verschil in vrijheid en haar vraag is
dan ook waarom de bevolking van het Midden-Oosten niet gelukt is om dezelfde
vrijheid te bereiken als in Europa.
Een verklaring voor het verschijnsel van de jaren zestig is
alleen te vinden in het al langer sluimerend verlangen naar vrijheid dat in de
wederopbouwjaren waarin discipline en hard werken vereisten waren, te lang was
onderdrukt. Toen de lonen vanaf begin zestig weer begonnen te stijgen, nam ook
de roep om vrijheid weer toe. De behoefte aan vrijheid is een constante in de
geschiedenis van met name West-Europa. Die geschiedenis is gevuld met oorlogen
en opstanden waarbij vrijheid de inzet was. We danken er bijvoorbeeld de vrijheid
van godsdienst en de vrijheid van meningsuiting aan. Je kunt je afvragen of de
bevolkingen van West-Europa een vrijheidsgen hebben dat de bevolkingen in het
Midden-Oosten en Noord-Afrika niet hebben. Die veronderstelling is gemakkelijk
te weerleggen. Ook in die regio’s van de wereld leeft de behoefte aan vrijheid.
Die komt tot expressie achter de voordeur. Echter zodra je het huis hebt
verlaten vertoon je het aangepaste gedrag dat vereist is.
De behoefte aan vrijheid en de wil of noodzaak om vrijheid
te onderdrukken en te beperken vormen door hun onverenigbaarheid al eeuwenlang
de geschiedenis van de mensheid en zal dat ook blijven doen. De balans tussen
die twee is een eeuwig twistpunt die terug te vinden is in de
ideeëngeschiedenis. Dat Europa (en Amerika) een betere balans hebben gevonden
dan in de landen in het Midden-Oosten is te verklaren aan de hand van Julius
Ceasar en het Christendom en de wijze waarop die het tribalisme in Europa
hebben vernietigd.
Julius Caesar trof bij zijn veroveringen een volledig tribaal
Europa aan. Hij vocht tegen stammen die onderling met elkaar streden om
dominantie. Tribalisme kenmerkt zich door het recht van de sterkste en strak
collectivisme. De stam is een lichaam waar je een cel van bent. Julius Ceasar
creëerde een staatscultuur waarin tribalisme ongewenst was. Het christendom
kreeg steun van het Romeinse Rijk en leerde dat er geen collectieve verantwoordelijkheid
was, maar een individuele. Uiteindelijk heeft het tot in de dertiende eeuw
geduurd om de laatste resten van de tribale cultuur te vernietigen. Dat leverde
in feite een andere onvrijheid op. Kerk en adel beheersten het lot van de
individuele mens in zijn voornamelijk agrarisch bestaan. Het was de opkomst van
de steden die nieuwe brandstof leverden voor de strijd om vrijheid. Maar pas in de zeventiende eeuw werd de grondslag gelegd voor de scheiding van kerk en staat.
Het Midden-Oosten en Noord-Afrika zijn tribaal gebleven. Je
bent geen individu, maar een onderdeel van je familie, je clan en je stam. Je
inspanningen moeten gericht zijn op het succes van die structuren. De islam is
geënt op die tribale cultuur en vormt in feite een superstructuur die stammen
verenigt. Er is geen andere ideeëngeschiedenis dan die van de islam. Hoewel de
islam pocht over de bijdrage van vrijdenkers als Averoës en Avicenna aan de
Europese ideeëngeschiedenis, werden beiden vervolgd omdat hun ideeën alleen
maar wanorde zouden brengen. Wanorde wordt binnen de islam beschouwd als de
allergrootste bedreiging. In de koran geldt de doodstraf voor wie wanorde
schept.
Binnen de islam geldt geen andere vrijheid dan die welke
door de tribale islam wordt toegestaan. De enige ideeëngeschiedenis is dat alles wat
niet verenigbaar is met de islamitische leer onderdrukt of vernietigd moest
worden. Het enige heil dat moslims mogen verwachten komt uit de onderdanigheid
aan de leer, zoals ze ook onderdanig zijn aan hun familie, clan en stam.
Vrijheidslievenden ontvluchten hun land om in Europa en Amerika de vrijheid te
beleven. Zij staan overwegend anders in het leven dan de moslims die via
arbeidsmigratie hier naar toe zijn gekomen. Die zetten hun tribale cultuur door
en laten de islam over hen heersen. Ze worden religieuzer concludeerde het
Sociaal Planbureau recent. Het is niet waar. Ze worden niet religieuzer maar
onderdaniger en meer geïndoctrineerd. Het is alarmerend omdat het laat zien dat
de onderdrukkende tribale cultuur sterker is dan de op het individu gebaseerde
cultuur van het Westen.
Vrijheid is een kostbaar goed. Om dat in te leveren voor een
hoger doel, de verbreiding van de islam in de wereld, bedreigt dat door
islamisering ook de vrijheid in het Westen. Onvrijheid helpt de machtigen
machtiger te worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten