'Islam is vrede' en moet beschermd worden |
Een aantal jaren geleden zat ik op een verjaardagspartijtje
naast een man die druk in gesprek was met zijn buurman. Een alledaagse
belevenis. Het onderwerp van gesprek was echter niet alledaags. Mijn buurman probeerde
zijn buurman ervan te overtuigen dat de gemiddelde politieagent door en door
racistisch is. De andere man sputterde wat tegen en ik schoot hem te hulp. Ik
zei dat ik me kon voorstellen dat de gemiddelde agent beter in de gaten had wat
er in de samenleving speelde dan de gemiddelde krantenlezer en daarom nog niet
racistisch genoemd kon worden. Mijn buurman ging er nog eens goed voor zitten: “Je
zou eens moeten horen wat agenten allemaal roepen over Marokkanen”. Daarna
bleek al gauw met wie we te maken hadden. Mijn buurman was politieofficier en
was in zijn regio belast met het tegengaan van racisme onder politie=agenten.
Dat was zijn baan. Hij had er voor gestudeerd, cursussen gevolgd en hij was op
uitnodiging in Marokko geweest.
Wat later, in 2015, kwam het boek uit van de Duitse
politieagente Tania Tambouri waarin ze alarm slaat over de agressie van jonge
migranten tegen de politie. Over jonge migranten schrijft ze: “Ze overschrijden méér dan één grens: geen
respect voor vrouwen, geen respect voor de politie, geen respect voor de staat
waarin we leven.” Haar verwijt is dat er intern te veel wordt weggekeken
omdat men bang is voor racist te worden uitgemaakt.
Politieagenten staan met hun poten in de modder van de
multiculturele samenleving en krijgen daar slecht voor betaald. Het
ziekteverzuim is hoog, de inzetbaarheid kent nauwelijks grenzen en ze worden
ook nog eens belaagd door hun eigen leiding die gesprekken in de kleedkamers en
de kantine afluistert. Ik sta aan hun kant en dat is hoognodig. Een agent die
een multiculturele overtreder stevig aanpakt kan er op rekenen dat zijn maten
het filmen en dat hij vervolgens aangifte gaat doen wegens mishandeling. Je zal
dan maar net mijn verjaardagsbuurman als leidinggevende hebben. Dan krijg je
een aantekening en word je naar een antiracisme cursus gestuurd die vaak door
Marokkaanse deskundigen wordt gegeven.
Een jaar later kreeg Ahmed Marcough, ex-politieagent,
inmiddels ex-kamerlid (PvdA) en belangenbehartiger van de islam volop
media-aandacht toen hij stelde dat agenten met PVV-achtige opvattingen niets te
zoeken hadden bij de politie en door de leiding zouden
moeten worden geweerd. Wat later deed hij het in een uitzending van Pauw nog
eens dunnetjes over. Het werd geen echte rel. Met dit soort bizarre uitspraken
op zijn CV kon Marcough nog prima burgemeester van Arnhem worden. Daar is hij
onder meer belast met veiligheid en de inzet van politie.
De goedbetaalde Peter R. de Vries kritiseert de politie
voortdurend in praatprogramma’s en valt ‘slachtoffers’ van politieoptreden bij.
De politie is een strijdtoneel geworden. Multiculturele woordvoerders en islamitische
activisten zitten de politie op de huid. Antecedenten mogen niet meer in de
krant. ‘Opsporing verzocht’ moet minder allochtonen in beeld brengen. Etnisch
profileren is racistisch en aanslagplegers moeten in beeld worden gebracht als ‘verwarde’
mensen. Politie wordt ingezet bij racismebestrijding. De politieagent staat onder druk, hij moet islamvriendelijker worden.
Waarschijnlijk op advies van multiculturele specialisten gaat de politie
moslimvriendelijke dingen doen. Ze bezoeken moskeeën en organiseren iftars.
Ondertussen blijkt dat de politie nauwelijks discrimineert. ‘Kennislink’
vermeldt uit een onderzoek: “We
onderzochten vervolgens in hoeverre de ervaringen met de politie samenhingen
met etnische
achtergrond en uiterlijk, en in hoeverre die ervaringen samenhingen
met de eigen gedragingen. Wanneer we de antwoorden van
jongeren over hun politiecontacten corrigeren voor de door de jongeren zelf
gerapporteerde gedragingen, verdwijnt het beeld dat agenten systematisch
discrimineren. De politiecontacten blijken vooral samen te hangen met
geslacht ( jongens hebben meer en meer negatieve ervaringen met de politie),
met de buurten waarin zij op
straat zijn, met de tijd die ze er doorbrengen en bovenal met
normoverschrijdend gedrag van de jongeren zelf en hun vrienden. Wij vonden geen
bewijs voor stelselmatige discriminatie.”
Deze zin is onderscheidend: Wanneer we de antwoorden van
jongeren over hun politiecontacten corrigeren voor de door de jongeren zelf
gerapporteerde gedragingen, verdwijnt het beeld dat agenten systematisch
discrimineren. Jonge allochtonen die in aanraking komen met de politie
beginnen altijd met ontkennen, leugens en als het niet helpt met
slachtoffergedrag. Daarin is de politie altijd de dader. Een recent voorbeeld
daarvan zijn de twee Marokkanen die een fietser hadden doodgereden. Omdat ze
elkaar de schuld gaven van achter het stuur te hebben gezeten was een
veroordeling aanvankelijk niet mogelijk. Toen dat later wel kon kreeg de
politie de schuld. Die had ze niet achterna moeten zitten.
Dat de politie discrimineert en racistisch is valt te horen
bij nagenoeg alle islamitische woordvoerders, belangenbehartigers, columnisten
en rappers. Ze zeggen nog net niet dat de criminaliteit onder allochtone
jongeren de schuld van de politie is, maar ze insinueren dat wel. Die
woordvoerders/belangenbehartigers klagen met regelmaat bij burgemeesters,
politiechefs, Kamerleden en ministers. Hun beeld wordt het beeld van de
politieke en lokale beleidsmakers. De agent krijgt nauwelijks hun steun want
niemand wil zelfs de schijn wekken verondersteld racisme te steunen. De agent
is de zondebok. De agent moet op zijn tellen passen. De agent wordt in de
uitvoering van zijn functie belemmerd. Menig agent heeft van een arrestant te
horen gekregen dat hij weet waar de agent woont. Onderzoek loopt vaak vast op
allochtone zwijgcultuur. Bedreigen zwijgen zijn een normaal onderdeel van de
tribale cultuur.
Als belangrijkste oplossing wordt de aanstelling van méér
allochtone agenten door de beleidsmakers aangedragen. Het is ze ingefluisterd
door de islamitische woordvoerders en belangenbehartigers. Het zal het probleem
eerder groter maken dan het al is. Allochtone agenten zijn opgegroeid in een
tribale cultuur en kunnen onder enorme druk komen te staan van hun omgeving.
Beleidmakers zijn weer eens het verkeerde probleem aan het
oplossen. Het echte probleem benoemen is immers racistisch en discriminerend.
Die termen werken als een chantagemiddel en dat wordt royaal benut. Het levert wegkijkers op.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten